BS1 organen en cellen b

thema  3 organen en cellen
Welkom
telefoon niet in de bak
 zoek je plek op
pak je spullen 
Wordt stil.


1 / 43
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

Cette leçon contient 43 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

thema  3 organen en cellen
Welkom
telefoon niet in de bak
 zoek je plek op
pak je spullen 
Wordt stil.


Slide 1 - Diapositive

thema  3 organen en cellen
Welkom
telefoon niet in de bak
 zoek je plek op
pak je spullen 
Wordt stil.


Slide 2 - Diapositive

Wat is het grootste orgaan van je lichaam?

Slide 3 - Diapositive

bs 1 organen en cellen
Je kunt omschrijven wat een orgaan en een orgaanstelstel is.
Je kent 6 orgaanstelsels v/d mens
Je kunt per orgaanstelsel 2 organen benoemen.
Je kunt in de afbeelding van de romp de organen benoemen

Slide 4 - Diapositive

bs 1 organen en cellen
Korte oefening (zs)
Uitleg
Zelfstandig werken aan opdrachten (zs)
evaluatie

Slide 5 - Diapositive

pak nu je plenda
Zoek op: 
do 16-2

Slide 6 - Diapositive

volgende les 
Lees: organen en cellen (blz 104)
orgaandonatie, orgaanstelsels (blz 106)

maak: opdr 1 t/m  5
waar: blz 105 t/m 108

noteer dit in je plenda 
laat je plenda open op tafel liggen

Slide 7 - Diapositive

Organen zijn de onderdelen van het lichaam

Slide 8 - Diapositive

In de afbeelding zie je een model van een romp van de vrouw. Je noemt dat een torso.
Je ziet hoe de verschillende organen er uitzien en waar ze liggen in de romp. 

Slide 9 - Diapositive

Opdracht organen 
Geef op je blad aan welke organen je al weet te liggen in je lichaam. (zs)
timer
10:00

Slide 10 - Diapositive

Organen
Lever
4
hart 
3
Maag 
 Blaas 
11
Longen 
2
Slokdarm 
8
Dikke darm 
6
Dunne darm 
7
Nieren 
10
 luchtpijp 
1
Milt 
9

Slide 11 - Diapositive

Organen zijn delen van een organisme die bepaalde taken (functies) uitvoeren. 
In de afbeelding zie je een model van een romp van de vrouw. Je noemt dat een torso.
Je ziet hoe de verschillende organen er uitzien en waar ze liggen in de romp. 

Slide 12 - Diapositive

Organen zijn delen van een organisme die bepaalde taken (functies) uitvoeren. 
In de afbeelding zie je een model van een romp van de vrouw. Je noemt dat een torso.
Je ziet hoe de verschillende organen er uitzien en waar ze liggen in de romp. 
Enkele voorbeelden zijn:

- Het hart en de bloedvaten: het bloed kan door het
  lichaam stromen
- De huid: geeft bescherming van het lichaam

Slide 13 - Diapositive

Organenstelsels
Bloedvatenstelsel

Skelet/ Beenderstelsel
spierstelsel

Slide 14 - Diapositive

Organenstelsels
een groep organen die samenwerken is een orgaanstelsel

Slide 15 - Diapositive

Lees: organen en cellen (blz 104)
orgaandonatie, orgaanstelsels (blz 106)

maak: opdr 1 t/m  5
waar: blz 105 t/m 108
Lees: organen en cellen (blz 104)
orgaandonatie, orgaanstelsels (blz 106)

maak: opdr 1 t/m 5
waar: blz 105 t/m 108
hoe: zf
tijd; 20 min
klaar? begrippenlijst

Slide 16 - Diapositive

Evaluatie
  1. Wat ging goed?
  2. Wat kan beter ?
  3. Wat kan anders?

Slide 17 - Diapositive

thema  3 organen en cellen
Welkom
telefoon in de bak
 zoek je plek op
pak je spullen 
Wordt stil.


Slide 18 - Diapositive

thema  3 organen en cellen
Welkom
telefoon in de bak
 zoek je plek op
pak je spullen 
Wordt stil.


Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo

bs 1 organen en cellen
kort filmpje (zs)
Uitleg
Zelfstandig werken aan opdrachten (zs)
evaluatie

Slide 21 - Diapositive

bs 1 organen en cellen
je kan in de juiste volgorde de organisatie van het lichaam benoemen.  (van groot naar klein en van klein naar groot)
Je kunt omschrijven wat een weefsel en een cel  is.
Je kent een aantal voorbeelden van cellen en weefsels 

Je weet wat orgaandonatie is.

Slide 22 - Diapositive

pak nu je plenda
Zoek op: 
di 21-2

Slide 23 - Diapositive

volgende les 
Lees: organen en cellen (blz 104)
orgaandonatie, orgaanstelsels (blz 106)
en de begrippen lijst voor bs 3.1
maak: opdr 6 en 7
waar: blz 109 

noteer dit in je plenda 
laat je plenda open op tafel liggen

Slide 24 - Diapositive

van groot naar klein
organisme (lichaam)

orgaanstelsel (bloedvatstelsel)

orgaan (hart)

weefsel  (spierweefsel)

cel (spiercel)

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Wat doe je als een onderdeel stuk is?

Slide 31 - Diapositive

wat is orgaandonatie?

Slide 32 - Diapositive

Lees: organen en cellen (blz 104)
orgaandonatie, orgaanstelsels (blz 106)

maak: opdr 1 t/m  5
waar: blz 105 t/m 108
Lees: organen en cellen (blz 104)
orgaandonatie, orgaanstelsels (blz 106)

maak: opdr 6 en 7  en de begrippen lijstvoor bs 3.1
waar: blz 109 t/m 110
hoe: zf
tijd; 20 min
klaar? begrippenlijst

Slide 33 - Diapositive

Instructie; Begrippenlijst
Wat? waarom 
begrippenlijst maken van thema 3.1.    begrippenlijst helpt je te leren voor een toets
Hoe?
Je leest blz  104  en 106 1x keer goed door. Neem de blauwe woorden over in je aantekenschrift.   schrijf er achter wat de woorden betekenen
20 minuten
Hulp?
Steek je vinger op als je er niet uitkomt met je buurman/vrouw



timer
20:00

Slide 34 - Diapositive

Slide 35 - Diapositive

Alle organen zijn opgebouwd uit cellen.
A
goed
B
fout

Slide 36 - Quiz

Welke organen zie je in de torso? Combineer de nummers met de juiste organen.
Bloedvat
Lever
Slokdarm
Dunne darm
Luchtpijp
Hart
Long
Dikke darm
Maag
nier

Slide 37 - Question de remorquage

Hoe noem je een groep organen die samen werken?
A
Orgaan
B
Cellen stelsel
C
Organisme
D
Organen stelsel

Slide 38 - Quiz

In een organisme komen onder andere cellen, organen, organenstelsels en weefsels voor.
Wat is de juiste volgorde van groot naar klein?
A
cel-weefsel-orgaan-organenstelsel
B
orgaan-organenstelsel-cel-weefsel
C
organenstelsel-orgaan-weefsel-cel
D
weefsel-organenstelsel-orgaan-cel

Slide 39 - Quiz

Alle organen bestaan uit             . De                 van een organisme zijn de cellen. Cellen zijn erg klein. Onder een                      kun je een cel bekijken. Cellen zijn               . 
Vul de lege plekken in
cellen
bouwstenen
microscoop
doorzichtig

Slide 40 - Question de remorquage

Wat ging goed?
Wat kan beter ?
Wat kan anders?

Slide 41 - Carte mentale

volgende les
De microscoop

Slide 42 - Diapositive

Torso in elkaar zetten

Slide 43 - Diapositive