MA3 5.1 en 5.2 (Rechtstaat)

MA H.5 Rechtsstaat
5.1 Vrijheid en onvrijheid
5.2 Grondwet en grondrechten
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo, mavo, havoLeerjaar 1,2

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 20 min

Éléments de cette leçon

MA H.5 Rechtsstaat
5.1 Vrijheid en onvrijheid
5.2 Grondwet en grondrechten

Slide 1 - Diapositive

Wat weet je na deze les?
Uitleg 5.1 en 5.2:
- Wat is een rechtsstaat?
- Wat zijn autoritaire staten en dictaturen?

-Wat is een grondwet?
- Wat zijn grondrechten?
- Wat zijn de twee soorten grondrechten?
- Wat zijn mensenrechten?

Slide 2 - Diapositive

Wat denk jij dat de betekenis van
<rechtsstaat> is?

Slide 3 - Question ouverte

Rechtsstaat
Betekenis:
Een land waar:
- Alle rechten en plichten
- Van burgers en de overheid
- Zijn vastgelegd in de wet
- En worden nageleefd!

Slide 4 - Diapositive

Grondrechten
Staan in de grondwet.

2 soorten:
Klassieke: <vrijheid van>
Dingen die de overheid niet mag beperken.
Sociale: <recht op>
Dingen waar de overheid voor moet zorgen

Slide 5 - Diapositive


Welke van deze landen is GEEN rechtsstaat?
A
Nederland
B
De Verenigde Staten
C
India
D
Rusland

Slide 6 - Quiz

Wat denk jij dat de betekenis van
<autoritaire staat> is?

Slide 7 - Question ouverte

Autoritaire staten
Betekenis:
Een land waarin een kleine groep de macht heeft en de regels bepaalt.
- Andere mensen hebben minder
   rechten.

Ergste vorm: dictatuur
Betekenis: één persoon of groep heeft de macht ÉN de bevolking heeft (bijna) geen rechten.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

Hoe heet het als de overheid mensen verbied bepaalde informatie te delen?
A
Liegen
B
Censuur
C
Obstructie
D
Politiek

Slide 10 - Quiz

Wat staat er in de grondwet?
A
Wie welke grond bezit
B
Wat het grondgebied van Nederland is
C
De rechten en plichten van de boeren
D
De rechten en plichten van burgers en de overheid

Slide 11 - Quiz

Grondwet
De belangrijkste wet van een land

Hierin staan de regels over de omgang tussen burgers en de overheid.
- De rechten en plichten van beide
  groepen.
Vaak moeilijk te veranderen.

Slide 12 - Diapositive

Rechten en vrijheden hebben geen beperkingen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quiz

Mensenrechten
Zijn rechten voor alle mensen.
Maakt niet uit wie of waar je bent.

Alle leden van de VN horen zich er aan te houden.

Er zijn ook Europese grondrechten.

Slide 14 - Diapositive

Aan de slag!
Basis: 5.1 (Boek blz. 124)
             Opdrachten: 2 t/m 4 + 6 + 9 en 10  (Boek blz. 125 t/m 127)          
              5.2 (Boek blz. 128)          
              Opdrachten: 3 t/m 5 + 9 + 11 en 12 (Boek blz. 129 t/m 131)

Kader & TL: 5.1 (Boek blz. 72 en 73)
                         Opdrachten: 2, 5 en 6, 10 en 11, 13 en 14 (Boek blz. 112 t/m 115)
                          5.2 (Boek blz. 76 en 77)
                          Opdrachten: 1 en 2, 4 t/m 7, 9, 12 t/m 14 (Boek blz. 116 t/m 119)

Slide 15 - Diapositive