Afscheid klas ISKc

Hoe goed ken jij je klasgenoten?
1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

Cette leçon contient 35 diapositives, avec quiz interactifs, diapositive de texte et 16 vidéos.

Éléments de cette leçon

Hoe goed ken jij je klasgenoten?

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

1. Hij is geboren in 2004.
2. Hij is goed in rekenen.
3. Alle liefs uit Londen!

Slide 3 - Question ouverte

Slide 4 - Vidéo

1. Hij is geboren in 2006.
2. Hij is goed in dictee.
3. Hij belt graag met zijn mentor!

Slide 5 - Question ouverte

Slide 6 - Vidéo

1. Hij is geboren in 2006.
2. Hij is goed in rekenen.
3. Op dit nummer danst hij graag!

Slide 7 - Question ouverte

Slide 8 - Vidéo

1. Hij is geboren in 2005.
2. Hij is goed in grammatica.
3. Vrienden voor het leven met Sem!

Slide 9 - Question ouverte

Slide 10 - Vidéo

1. Ze is geboren in 2005.
2. Ze is goed in wiskunde.
3. Spontane meid, is niet verlegen!

Slide 11 - Question ouverte

Slide 12 - Vidéo

1. Hij is geboren in 2006.
2. Hij is goed in praten.
3. Hij wil graag een eigen huis!

Slide 13 - Question ouverte

Slide 14 - Vidéo

1. Ze is geboren in 2003.
2. Ze is goed in dictee.
3. Later wil zij kapster worden!

Slide 15 - Question ouverte

Slide 16 - Vidéo

1. Hij is geboren in 2006.
2. Hij is goed in alle vakken.
3. Dit is zijn favoriete kerstlied!

Slide 17 - Question ouverte

Slide 18 - Vidéo

1. Ze is geboren in 2007.
2. Ze is goed in rekenen.
3. Haar beste vriendin is Safaa!

Slide 19 - Question ouverte

Slide 20 - Vidéo

1. Hij is geboren in 2006.
2. Hij is goed in lezen.
3. WhatsApp profiel: aan het slapen!

Slide 21 - Question ouverte

Slide 22 - Vidéo

1. Ze is geboren in 2007.
2. Ze is goed in schrijven.
3. Een lieve en slimme meid!

Slide 23 - Question ouverte

Slide 24 - Vidéo

1. Hij is geboren in 2005.
2. Hij is goed in rekenen.
3. Een stille, slimme jongen!

Slide 25 - Question ouverte

Slide 26 - Vidéo

1. Ze is geboren in 2007.
2. Ze is goed in Taal Compleet.
3. Ze komt met de trein naar school.

Slide 27 - Question ouverte

Slide 28 - Vidéo

1. Hij is geboren in 2005.
2. Hij is goed in dictee.
3. Spanje is zijn favoriete land!

Slide 29 - Question ouverte

Slide 30 - Vidéo

1. Hij is geboren in 2007.
2. Hij ging mooi vooruit met rekenen.
3. Praat Nederlands met me!

Slide 31 - Question ouverte

Slide 32 - Vidéo

1. Hij is geboren in 2006.
2. Hij is goed in wiskunde.
3. Hij houdt van tekenfilms en is vrolijk!

Slide 33 - Question ouverte

Slide 34 - Lien

1. Ze is geboren in 2007.
2. Ze is goed in luisteren.
3. Deze sportieve meid gaat er komen!

Slide 35 - Question ouverte