Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
Spelling H7
Slide 1 - Diapositive
planning
1. lezen
2. huiswerk bespreken
3. theorie herhalen (kort)
4. aan de slag
Slide 2 - Diapositive
Pak je leesboek en ga lekker lezen!
timer
15:00
Slide 3 - Diapositive
doelen
Ik weet wanneer ik trema's, apostrofs, accenten en cedilles moet gebruiken.
Ik weet hoe ik belangrijke informatie uit een tekst kan halen.
Slide 4 - Diapositive
Wat en waarom?
Deze les herhalen we hoe je een trema, apostrof, accent en cedille kunt gebruiken.
Met deze tekens kun je betere teksten schrijven. Daarnaast helpt het je om te weten hoe je een woord moet uitspreken.
Slide 5 - Diapositive
Trema
om te voorkomen dat twee klinkers in één woord samen worden uitgesproken:
kopiëren (maar: gekopieerd), creëren, beëindigen
in sommige leenwoorden: fröbelen, conciërge
Let op: in samenstellingen geen trema, maar een koppelteken
Slide 6 - Diapositive
met trema
zonder trema
coordinatie
officieel
officiele
poezie
patient
mecanicien
museum
dieet
Slide 7 - Question de remorquage
Apostrof
als weglatingsteken: 's nachts, 's morgens, Lars' scooter
om uitspraakproblemen te voorkomen bij: i(k) (h)ou (v)a(n) y(s) baby's, Hanna's, accu's
in verkleinwoorden en meervouden van cijfer- en letterwoorden: A4'tje, pc's, dvd'tje
in verkleinwoorden op-y, voorafgegaan door een medeklinker: baby'tje
Slide 8 - Diapositive
De hoofdstad van Noord-Brabant is s-Hertogenbosch
A
goed
B
fout
Slide 9 - Quiz
Waar is de apostrof goed geplaatst?
A
Lex's zusje
B
Lexs zusje
C
Lex' zusje
Slide 10 - Quiz
Waar schrijf je een apostrof?
A
Tims vader
B
Lisas vader
Slide 11 - Quiz
Wat is juist?
A
wcs
B
wc's
Slide 12 - Quiz
Accenten
accent aigu: logé, soirée, café
accent grave: barrière, crèche, fin de siècle
accent circonflexe: enquête, crêpe
om klemtoon aan te geven, accent aigu: dé manier om rijk te worden, een héél mooie auto
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
met accent
zonder accent
enquete
premiere
acne
defile
genant
sate
abonnee
creme
Slide 15 - Question de remorquage
ê
é
è
accent aigu
accent grave
accent circonflexe
Slide 16 - Question de remorquage
Welk accent bevat dit woord?
blèren
A
accent aigu
B
accent grave
C
accent circonflexe
Slide 17 - Quiz
Welk accent bevat dit woord?
coupé
A
accent aigu
B
accent grave
C
accent circonflexe
Slide 18 - Quiz
Welk accent bevat dit woord?
frêle (fijngebouwd)
A
accent aigu
B
accent grave
C
accent circonflexe
Slide 19 - Quiz
Cedille
het 'kronkeltje' onder de c: ç
zorgt ervoor dat de c als s klinkt voor een a, o of u: Curaçao, garçon
in alle andere gevallen klinkt de c als k: caravan, decor
Slide 20 - Diapositive
Neem de zin over en plaats hoofdletters, accenttekens, trema’s, apostrofs en cedilles. ‘ik houd uberhaupt niet van sate’, zei de actrice voorafgaand aan de premiere, terwijl ze met een fohn haar haren in model bracht.
Slide 21 - Question ouverte
aan de slag:
Maak de volgende opdrachten:
H7 Spelling, paragraaf 2: opdracht 1 t/m 4
HUISWERK woensdag 25/9:
maken HS7, paragraaf 2, opdracht 1 t/m 7
Slide 22 - Diapositive
doelen
Ik weet wanneer ik trema's, apostrofs, accenten en cedilles moet gebruiken.
Ik weet hoe ik belangrijke informatie uit een tekst kan halen.