Cette leçon contient 17 diapositives, avec diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Startklaar
Oortjes weg, telefoon in het zakkie
Jas uit, tas van de tafel Map en pen op tafel
timer
2:30
Slide 1 - Diapositive
Welkom bij
Individuals & Societies MYP2
Unit 1: Veranderingen in systemen
Slide 2 - Diapositive
Unit 1: Verandering in systemen
Learner Profile: Knowledgeable
ATL: Organization skills: making notes
Related concepts: cause and effect
Key concept: systems
Changes in human and natural resources lead to shifts in systems
Global context: natural and human resources
Slide 3 - Diapositive
Unit 1: Veranderingen in systemen
Aardrijkskunde: Veranderingen in het systeem aarde
Geschiedenis: Veranderingen in het maatschappelijk systeem
Economie: Verandering in het geld systeem
Slide 4 - Diapositive
Programma
SA: wat is de opdracht ook al weer?
Stappenplan
Zelfstandig verder werken aan de opdracht
Slide 5 - Diapositive
Beoordeling unit 1
Praktische opdracht
Je werkt alleen of in een duo
Slide 6 - Diapositive
Onderzoeksvraag
Centrale stelling Unit 1: Changes in human and natural resources lead to shifts in systems
In other words:
when people and the environment change, the way things work (the systems) also changes
Slide 7 - Diapositive
Stappenplan praktische opdracht lezen
Slide 8 - Diapositive
Stap 0
Werk je alleen of in een duo?
Slide 9 - Diapositive
Stap 1: Kies een systeem
Slide 10 - Diapositive
Voorbereiding stap 2
Ga naar microsoft office 365 (via website van school)
Ga naar je bestanden en maak een mapje voor I&S
Hierin maak je een nieuw mapje voor Unit 1: Systemen
Hier start je een nieuw document met de naam: Naam leerling MYP3_Unit 1 Systemen_Voorbereiding SA
?
Slide 11 - Diapositive
Stap 2: Typ in je document
Stap 2: Bepaal je standpunt
Wat wil je bereiken? Schrijf op waarom jij vindt dat het systeem moet veranderen. Denk hierbij aan wat jij belangrijk vindt en welke problemen je ziet.
Waarom is dit belangrijk voor anderen? Bedenk waarom jouw boodschap belangrijk is voor je publiek en waarom ook zij een verschil kunnen maken. Heb je een systeem uit het verleden gekozen, doe dan alsof je publiek ook uit die tijd komt.
Slide 12 - Diapositive
Stap 3: Typ in je document
Stap 3: Onderzoek doen
Zoek informatie over jouw onderwerp. Gebruik bronnen zoals de aantekeningen in de les, boeken, internet of documentaires om meer te leren over het systeem en de problemen die erbij komen kijken.
Schrijf feiten op die jouw standpunt ondersteunen. Zorg ervoor dat je informatie klopt en betrouwbaar is. Denk kritisch na: hoe weet ik of deze bron betrouwbaar is of fake news is?
Maak een bronnenlijst in een apart document. Deze moet je ook inleveren op toddle. Gebruik voor dit document de naam: Naam leerling_MYP3_Unit 1 Systemen_Bronnenlijst
Slide 13 - Diapositive
Stap 4: Typ in je document
Stap 4: Oplossingen bedenken
Wat kan er gedaan worden om het systeem te veranderen? Bedenk concrete acties die mensen (jouw doelgroep) kunnen nemen om een verschil te maken.
Hoe kunnen anderen helpen? Probeer het publiek te laten inzien wat zij zelf kunnen doen. Dit kan groot of klein zijn, zolang het maar bijdraagt aan verandering.
Slide 14 - Diapositive
Stap 5:
Stap 5: Maak je poster en je pitch
Start een nieuw document in je map met de naam: Naam leerling_MYP3_Unit 1 Systemen_Pitch
Schrijf je pitch uit. Deze moet je in de toetsweek mondeling presenteren.
Stuur je pitch voor feedback naar je docenten!
Maak je poster via Canva. Jouw poster moet in één oogopslag duidelijk maken wat jouw standpunt is. Gebruik duidelijke afbeeldingen, kleuren en korte teksten om je boodschap over te brengen. Gebruik een pakkende slogan.
Slide 15 - Diapositive
Introductie
Zorg dat je je publiek nieuwsgierig maakt! Stel bijvoorbeeld een vraag, gebruik een korte anekdote of deel een verrassend feit dat te maken heeft met je onderwerp.
Zorg ervoor dat je helder en beknopt bent, zodat iedereen meteen weet waar het over gaat.
Voorbeeld: “Wist je dat ...? (verrassend feit over je onderwerp) Mijn naam is (jouw naam) en vandaag ga ik je overtuigen waarom (onderwerp van je pitch) zo belangrijk is.
Probleemstelling
Beschrijf het probleem dat je hebt gekozen om op te lossen. Leg duidelijk uit waarom dit probleem belangrijk is en waarom mensen er iets aan zouden moeten willen doen.
Gebruik voorbeelden om het probleem herkenbaar en begrijpelijk te maken voor je publiek. Laat het publiek voelen waarom dit probleem aandacht nodig heeft. Benoem ook de argumenten van de andere kant.
Voorbeeld: “Steeds meer mensen hebben last van ... omdat ... Dit probleem heeft gevolgen zoals ... en dat beïnvloedt ons allemaal.”
Oplossing
Leg uit hoe jouw oplossing het probleem gaat aanpakken of oplossen. Zorg dat dit duidelijk en logisch is, zodat het publiek begrijpt waarom jouw oplossing werkt.
Beschrijf ook wat de voordelen zijn van jouw oplossing en waarom dit beter is dan andere oplossingen.
Voorbeeld: “Mijn oplossing voor dit probleem is ... Dit helpt omdat ... Op deze manier kunnen we ... en zorgen we ervoor dat ...”
Conclusie
Herhaal kort wat het probleem is en je oplossing Gebruik een oproep tot actie: iets dat je publiek aanzet om te handelen of om jouw oplossing te steunen. Laat je publiek voelen dat ze echt iets kunnen bijdragen.
Voorbeeld: “Dus, laten we samen ... door (actie die ze kunnen doen, zoals: “je handtekening te zetten”, “met mij mee te doen”, etc.) Samen kunnen we dit probleem oplossen!”