Administratie hst 3 paragraaf 3.1 Bezittingen en Schulden

3.1 Bezittingen en Schulden

Administratie H3
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
Economie & OndernemenMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

3.1 Bezittingen en Schulden

Administratie H3

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
  • Je leert wat bezittingen zijn.
  • Je leert wat schulden zijn.

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bezittingen
Bezittingen zijn zaken die van het bedrijf zijn. 
Je kunt deze onderverdelen in de volgende groepen:
1. Gebouwen                             2. Inventaris           3. Voorraad                    4. Kas               5. Bank
6. Debiteuren              7. Te vorderen BTW

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Schulden/vreemd vermogen
Een bedrijf heeft een schuld wanneer een persoon of instelling nog geld van het bedrijf krijgt.
In een bedrijf noemen we deze schuld ook wel vreemd vermogen
Hieronder staan de verschillende voorbeelden van vreemd vermogen:

1. Hypotheek                        2. Lening                           3. Crediteuren                    4. Te betalen BTW

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bezittingen en Schulden 
Mocht het nog niet duidelijk zijn?

Ga naar de site en kijk de verschillende filmpjes over bezittingen en schulden

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Gebouw is een voorbeeld van een?
A
Schuld
B
Bezitting

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Te betalen btw is een voorbeeld van een?
A
bezitting
B
schuld

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Chartaal geld is een voorbeeld van welke bezitting
A
kas
B
bank
C
te vorderen btw
D
debiteuren

Slide 8 - Quiz

chartaal = elektronisch
Leveranciers die je nog moet betalen noemt een bedrijf
A
te betalen btw
B
Een lenig
C
crediteuren
D
hypotheek

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Het geld dat de eigenaar zelf in het bedrijf stopt noemen we
A
Eigen vermogen
B
Vreemd vermogen

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een kantoorpand is een voorbeeld van een
A
bezitting
B
schuld

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Giraal geld is een voorbeeld van een
A
bezitting
B
schuld

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag!
  • Maak H3.1 van administratie
  • Maak H3.A van administratie

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions