H7.5 Kringlopen

Hoofdstuk 7 Ecologie en Milieu
Basisstof 5 Kringlopen
Voorkennisvraag
Welke kringlopen in de natuur ken je al?
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 7 Ecologie en Milieu
Basisstof 5 Kringlopen
Voorkennisvraag
Welke kringlopen in de natuur ken je al?

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
1. Je kunt de koolstofkringloop uitleggen
2. Je kunt de stikstofkringloop uitleggen
3. Je kunt de BINAStabellen gebruiken (93F en 93G)

Slide 2 - Diapositive

Voedselkringloop
Koolstofkringloop

Slide 3 - Diapositive

koolstofkringloop
  • Koolstof = C
  • In de lucht zit het vast in CO2
  • Autotrofe organismen maken van CO2 (uit de lucht) en H2O (uit de bodem) glucose (C6H12O6)
  • Bij dissimilatie komt CO2 weer vrij in de lucht 
  • Consumenten eten de producenten en gebruiken de organische stoffen om andere organische stoffen te maken (voortgezette assimilatie). Bij het eten van een ander organisme komt de koolstof (C) van het ene organisme terecht in het andere organisme
  • Alle dode resten en andere afvalproducten van organismen wordt samen detritus genoemd 
  • De organische stoffen in de detritus wordt door reducenten gebruikt voor dissimilatie

Slide 4 - Diapositive

Vraag
Wat kan de plant doen met de glucose die hij maakt met fotosynthese? Er zijn twee mogelijkheden. 

Slide 5 - Diapositive

Aan de slag met leerdoelen
1. Je kunt de koolstofkringloop uitleggen
2. Je kunt BINAS 93F toepassen in een context

Aan de slag met opdracht 30 t/m 31
timer
10:00

Slide 6 - Diapositive

In de koolstofkringloop wordt door veel organismen stoffen verbrand. Welke organismen in de koolstofkringloop doen verbranding? Meerdere antwoorden mogelijk.

A
Producenten
B
Reducenten
C
Consumenten
D
Afvaleters

Slide 7 - Quiz

In welke vorm kan koolstof in de koolstofkringloop NIET voorkomen?
A
CO2
B
C6H12O6
C
N2
D
CH4

Slide 8 - Quiz

Reflectie / Voorkennis
Schrijf antwoord op je briefje:
1. Op welke manier kan een C atoom dat vast zit in een CO2 in een dier terecht komen?
2. Geef een voorbeeld van een anorganisch molecuul en een organisch molecuul
3. Welke organische moleculen bevatten stikstof (N) atomen?

Slide 9 - Diapositive

Stikstofkringloop
  • Stikstof = N
  • Organisch gebonden stikstof komt vooral voor in eiwit, nucleotiden en nucleïnezuren.
  • Stikstof komt ook voor in afvalproducten als ureum (basisstof van urine).
  • Producenten nemen stikstof op via NO3- of NH4+
  • Stikstoffixerende bacteriën kunnen N2 uit de lucht omzetten in bruikbare stikstof voor planten. Dit kan alleen anaeroob. Vandaar dat deze bacteriën in symbiose leven met planten. 

Slide 10 - Diapositive

Nijntje en het nitraat

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Binas 93H

Slide 19 - Diapositive

Binas 93H

Slide 20 - Diapositive

Gebruikelijke route
(vergelijk met BINAS 93G)
1: Planten nemen nitraat (NO3-) op.
2: Er vindt stikstofassimilatie plaats
     vorming aminozuren
(vorming eiwitten is voortgezette assimilatie)
3: Dier eet plant, verteert en assimileert eigen        organische stoffen.
4: Bij dissimilatie komt ureum vrij. 
5: Rottingsbacterien breken ureum af tot NH3
6: NH3 lost in (grond)water op tot NH4+
7: Nitrietbacterien zetten NH4+ om in NO2-
8: Nitraatbacterien zetten NO2- om in NO3-


Slide 21 - Diapositive

Andere routes
'Verstorende' routes:
- NO3-  > NH4+    ammonificatie
- NO3- > N2 (g)    denitrificatie

Er kan stikstof (tijdelijk) verloren gaan via:
- uitspoeling in de bodem (NH4- en NO3-)  
- vervluchtiging (NH3)

Slide 22 - Diapositive

Bijzondere route
Sommige bacteriën kunnen ammoniak (NH3) omzetten in N2(g). 
Gevolg: bodem minder voedselrijk voor planten.

Weer andere bacteriën kunnen N2 (g) omzetten in NH3 (zie afb. 29).
Gevolg: bodem voedselrijker.
Groenbemesten

Welke bacteriën zijn dit (Check BINAS 93G)
Welke bacteriën zijn dit (Check BINAS 93G)

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Aan de slag met de leerdoelen
Je kunt de stikstofkringloop beschrijven
Je kunt BINAS 93G toepassen in een context.

Maak opdracht 32 t/m 36

Slide 25 - Diapositive

Exitticket
1. Beschrijf 3 manieren waarop nitraat (NO3-) kan verdwijnen uit de bodem. 

2. Wat gebeurd er met het stikstof als een eiwit in het lichaam wordt afgebroken? 

Slide 26 - Diapositive

Denitrificerende bacteriën maken...
A
N2
B
NO3-

Slide 27 - Quiz

Stikstofbindende bacteriën gebruiken...
A
N2
B
NO3-

Slide 28 - Quiz

(Binas 93G) De omzetting van nitriet naar nitraat noemen we
A
ammonificatie
B
denitrificatie
C
nitrificatie
D
stifstoffixatie

Slide 29 - Quiz

(Binas 93G of bron 7) De omzetting van eiwit naar ammoniak noemen we
A
ammonificatie
B
denitrificatie
C
nitrificatie
D
stifstoffixatie

Slide 30 - Quiz

(Binas 93G of bron 7) De omzetting van nitraat naar stikstofgas noemen we
A
ammonificatie
B
denitrificatie
C
nitrificatie
D
stifstoffixatie

Slide 31 - Quiz

Hoe kan NH3 uit de kringloop verdwijnen?
A
omzetten naar NH4+
B
ammonificatie
C
vervluchtiging
D
uitspoeling

Slide 32 - Quiz