Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Zuurstof
Slide 1 - Diapositive
Leerdoel
Je kan zuurstof via zuurstofsonde, zuurstofbril en zuurstofmasker toedienen volgens de geldende protocollen.
Je kan zuurstof geven vanuit "de muur", een zuurstofcilinder en de concentrator volgens de geldende protocollen.
Je kan de berekening maken van zuurstof geven.
Je kan de saturatiemeter bedienen en aflezen. Je kan de normaalwaarden benoemen.
Slide 2 - Diapositive
Zuurstof is gevaarlijk!
Kan exploderen
Kan vetten of watten/ gaasjes met alcohol laten exploderen
Geen open vuur bij toediening
Geen vetten of olien bij het omgaan met zuurstof
Vermeld duidelijk dat er zuurstof in de ruimte wordt gebruikt
Zorg voor voldoende ventilatie
Slide 3 - Diapositive
taak verpleegkundige
monitoren van patiënt en zuurstof saturatie
aansluiten van O2
controleren instellingen
tijdig vervangen van zuurstof systeem
Slide 4 - Diapositive
Hoe maak je je subjectieve observatie tot een objectieve observatie?
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Zuurstof gehalte bepalen door:
Bloedafname
Saturatiemeten
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
O2 bron klaarmaken en aflezen
vormen van zuurstof:
centrale toevoer: "uit de muur"
en...en...en...
Slide 9 - Diapositive
Vormen van zuurstof
Slide 10 - Diapositive
keuze
plaats toedieningsmethode
Welke ken je?
Slide 11 - Diapositive
zuurstof masker
Slide 12 - Diapositive
toedieningsmethode plaatsen
zuurstofmasker
zuurstofbril
zuurstofsonde
Slide 13 - Diapositive
O2 toevoerslang aansluiten
verbinding tussen zuurstofbron en toedieningsmethode
Slide 14 - Diapositive
Bevochtiging nodig?
Slide 15 - Diapositive
Zuurstof toediening
Opdracht:
Jij bent de verpleegkundige die overdraagt aan de familie die meneer de Vries mee naar huis neemt. Eerst moet je in gesprek met de familie over het gebruik van de zuurstof.
I) Welke veiligheidsregels moeten de familie in acht nemen bij gebruik van zuurstof?
II) Leg uit aan de familie hoe ze zuurstof kunnen berekenen voor bijv. een dagje uit.
Slide 16 - Diapositive
Wanneer mag je als verpleegkundige iets aanpassen aan de zuurstofapparatuur?
A
als verpleegkundige mag je niets aanpassen
B
als de cliënt behoefte zegt te hebben aan meer zuurstof
C
als de vooraf bepaalde instellingen niet meer goed staan
Slide 17 - Quiz
Wat is GEEN teken van te weinig zuurstof (hypoxemie)?
A
Hoofdpijn en duizeligheid.
B
Ondertemperatuur.
C
Minder goed slapen.
Slide 18 - Quiz
2 Hoe vaak moet je de neusbril vervangen?
A
1x per week
B
1x per maand
C
1x per 2 weken
D
alleen als deze stuk is
Slide 19 - Quiz
Wat kan helpen tegen drukplekken achter het oor veroorzaakt door de neusbril?