Het opstellen van een kruisingsschema

Het opstellen van een kruisingsschema
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 19 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Het opstellen van een kruisingsschema

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen?
Korte herhaling over Allelen
Uitleg monohybride kruisingsschema
Werken aan oefen opgaven Erfelijkheid deel 2
Samen een kruisingsschema oefenen

Slide 2 - Diapositive

Lesdoelen
  • Je kunt van een monohybride kruising een kruisingsschema opstellen.

  • Je kunt de frequentie van genotypen en fenotypen van nakomelingen bij een monohybride kruising afleiden uit een kruisingsschema.

Slide 3 - Diapositive

Allel
Genvariant = allel.
Allelenpaar = 2 allelen op 2 chromosomen met info voor 1 gen 

Slide 4 - Diapositive

Informatie op de genen
  • Het genotype van de moeder => blauw allel en blauw allel.
Homozygoot

  • Het genotype van de vader => bruin allel en bruin allel.
Homozygoot

  • Het genotype van het kind => blauw allel en bruin allel.
Heterozygoot

Slide 5 - Diapositive

Dominant & Recessief
  • Dominant: overheersende allel.
  • Recessief: onderdrukte allel.

Slide 6 - Diapositive

Informatie op de genen
  • Het genotype van de moeder => blauw allel en blauw allel. 
Homozygoot recessief (aa)

  • Het genotype van de vader => bruin allel en bruin allel.
Homozygoot dominant (AA)

  • Het genotype van het kind => blauw allel en bruin allel.
Heterozygoot (Aa)
A
A
A
A
a
a
a
a

Slide 7 - Diapositive

Monohybride kruisingen
Hoe werk je een monohybride kruising uit?


Slide 8 - Diapositive

Kruisingsschema
In een kruisingsschema gebruiken we letters om dominante (A) en recessieve (a) eigenschappen aan te geven. 
Verder gebruiken we:
P    = staat voor ouders
F1  = eerste generatie kinderen
F2 = kinderen die ontstaan uit de kruising van de F1

Slide 9 - Diapositive

Stap 1
Schrijf op wat er is gegeven. 
Dit kun je uit het inleidende verhaaltje bij de opdracht halen. 
Vaak staat er iets over het fenotype gegeven en soms ook al iets over het genotype 
(bijvoorbeeld homozygoot of heterozygoot).

bijv
Fenotype P: zwarte vacht x zwarte vacht

Slide 10 - Diapositive

Stap 2
Geef de genotypen van de ouders weer
Hier worden altijd 2 letters gevraagd, dus AA / Aa / aa

bijv: 
P: Aa x Aa

Slide 11 - Diapositive

Stap 3
Stel vast welke genen de geslachtscellen van beide ouders kunnen bevatten

bijv: 
P: Aa x Aa

Dan geslachtscellen A of a    x  A of a

Slide 12 - Diapositive

Stap 4
Zet de geslachtscellen in een kruisingsschema en combineer de letter van beide geslachtscellen.

bijv: 
F1 

A
a
A
AA
Aa
a
Aa
aa

Slide 13 - Diapositive

Stap 5
Bereken de kans op een genotype en lees de verhoudingen af

bijv: 
F1 

A
a
A
AA
Aa
a
Aa
aa
Verhouding
AA : Aa : aa = 1 : 2 : 1

Kans 
AA : Aa : aa = 1/4 : 1/2 : 1/4

Slide 14 - Diapositive

Even oefenen
Bij tulpen is een rode bloemkleur dominant over een witte bloemkleur. Twee rode tulpen die beide heterozygoot zijn voor de bloemkleur worden met elkaar gekruist.

Geef de verhouding van de genotypen en fenotypen in de F1.

SCHRIJF ELKE STAP OP JE WISBORDJE MEE!!!!


Slide 15 - Diapositive

Even oefenen
Bij honden is zwarte vacht dominant over een blonde vacht. 
Een blond teefje wordt gekruist met een zwarte reu die homozygoot voor de haarkleur is.

Geef de verhouding van de genotypen en fenotypen in de F1
Geef de verhouding van de genotypen en fenotypen in de F2.
Hoe groot is de kans op een pup met een blonde vacht?

SCHRIJF ELKE STAP OP JE WISBORDJE MEE!!!!


Slide 16 - Diapositive

Even oefenen
Bij honden is zwarte vacht dominant over een blonde vacht. Een blond teefje wordt gekruist met een zwarte reu die heterozygoot voor de haarkleur is.

Geef de verhouding van de genotypen en fenotypen in de F1.
Hoe groot is de kans op een pup met een blonde vacht?

SCHRIJF ELKE STAP OP JE WISBORDJE MEE!!!!


Slide 17 - Diapositive

Aan het werk
Opgaven uit het werkboekje
Tot en met vraag 14

Slide 18 - Diapositive

Kan je deze ook?
We kruisen een kortharig cavia mannetje met een langharige cavia vrouwtje die heterozygoot is voor de eigenschap. 

Geef antwoord op de volgende vragen:
1 Wat zijn de genotypen van de ouders?
2 Wat is de verhouding van de F1
3 Wat is de kans op een kortharige cavia?

Slide 19 - Diapositive