3.3 Ruimte voor industrie

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

3.3 Ruimte voor industrie

Lesdoelen

• Je begrijpt het verband tussen economische ontwikkeling en de ontwikkeling van de industrie in een land; 

• Je weet welke vestigingsfactoren voor verschillende bedrijven belangrijk zijn; 
• Je weet waarom vestigingsfactoren voor industrie veranderen.  

centrum

periferie

armoede

landbouw

macht

rijkdom

sloppen

wijken

westerse

landen

goede gezondheidszorg

ontwikkelingslanden

                            economische sectoren:

landbouw sector: levert grondstoffen en voedsel

industrie sector: alle bedrijven en activiteiten die de grondstoffen van de primaire sector verwerken. De industrie.

diensten sector:  de commerciele en publieke dienstverlening.

mijnbouw hoort bij

1. landbouw sector
2. industrie sector
3. diensten sector

Het beroep leraar hoort bij

1. landbouw sector
2. industrie sector
3. diensten sector

Als je bij Philips in de fabriek werkt, werk je in de

1. landbouw sector
2. industrie sector
3. diensten sector

Als je bij Philips als vrachtwagenchauffeur bestellingen rondbrengt dan werk je in de

1. landbouw sector
2. industrie sector
3. diensten sector

Als je als bijbaantje appels gaat plukken, werk je in de

1. landbouw sector
2. industrie sector
3. diensten sector

Een meubelfabriek hoort bij....

1. lichte industrie
2. zware industrie

Deze fabriek hoort bij de

1. lichte industrie
2. zware industrie

Philips, DSM, Unilever, Samsung zijn voorbeelden van:

1. zware industrie
2. lichte industrie
3. multinationals
4. robotisering

Hier zie je een voorbeeld van

1. zware industrie
2. lichte industrie
3. multinationals
4. robotisering