Oefeneoud
1 / 17
La durée de la leçon est: 45 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Wat is het verschil tussen 'weer' en 'klimaat'?
Slide 3 - Question ouverte
Temperatuur
Bewolking
Windkracht
Nabijheid van water
Hoogteligging
Luchtdruk
Breedteligging
Bewolking
Neerslag
Weerelementen
Klimaatfactoren
Gesteldheid van het oppervlak
Slide 4 - Question de remorquage
Welke lucht kan meer waterdamp bevatten?
A
Warme lucht
B
Koude lucht
Slide 5 - Quiz
Hoe ontstaan verschillen in luchtdruk?
Dus het verschil tussen hogedruk en lagedruk
Dus het verschil tussen hogedruk en lagedruk
Slide 6 - Question ouverte
Wat is een barometer?
Slide 7 - Question ouverte
Wat zijn de 5 klimaatsoorten van Spanje?
Slide 8 - Question ouverte
Welke is een voorbeeld van duurzaam consumeren?
A
Minder vlees eten
B
Tweedehands kleding kopen
C
Carpoolen
D
Elektrisch rijden
Slide 9 - Quiz
Welke van de twee is het meest voorspelbaar?
A
Tornado
B
Orkaan
Slide 10 - Quiz
Welke draait het hardst?
A
Tornado
B
Orkaan
Slide 11 - Quiz
Welke is het grootst
A
Tornado
B
Orkaan
Slide 12 - Quiz
Welke van de twee wordt gevormd boven warm water?
A
Tornado
B
Orkaan
Slide 13 - Quiz
Welk klimaat heeft koudere winters?
A
Landklimaat
B
Zeeklimaat
Slide 14 - Quiz
Welk klimaat heeft warmere zomers?
A
Landklimaat
B
Zeeklimaat
Slide 15 - Quiz
Leg in eigen woorden uit hoe dit kan
(Dat landklimaat warmere zomer EN koudere winters heeft)
(Dat landklimaat warmere zomer EN koudere winters heeft)
Slide 16 - Question ouverte
Welk klimaat hebben we in Nederland?
A
Middellands Zeeklimaat
B
Gematigd landklimaat
C
Gematigd zeeklimaat
D
Nat landklimaat
