Thema 2, week 2 s-z

lesdoel
Ik kan woorden met s/z-wisseling correct spellen.

1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
SpellingBasisschoolGroep 6

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

lesdoel
Ik kan woorden met s/z-wisseling correct spellen.

Slide 1 - Diapositive

REGEL
Hoor je een /s/ aan het eind van een woord?
Als je het woord langer maakt, wordt de s vaak een z.


glas - glazen
huis - huizen
roos - rozen

Slide 2 - Diapositive


Slide 3 - Question ouverte


Slide 4 - Question ouverte

Slide 5 - Diapositive

Welke tweetekenklanken ken jij?

Slide 6 - Question ouverte

tweetekenklanken
ui - buis - buizen
ei - reis - reizen
ij - prijs - prijzen
oe - hoes - hoezen

eu - neus - neuzen
au - saus - sauzen
ie - nies - niezen


* ou - kous - kousen
dit is een uitzondering


Slide 7 - Diapositive


één kous
twee ........
A
kousen
B
kouzen

Slide 8 - Quiz

dakloos
Dit is een daklo.e man.
A
z (dakloze)
B
s (daklose)

Slide 9 - Quiz


Slide 10 - Question ouverte

één slagroomsoes
twee .................................

Slide 11 - Question ouverte

één framboos
twee ....................

Slide 12 - Question ouverte

overleg met elkaar

Slide 13 - Diapositive