1 h hfd 1 Spreken en gesprekken : vragen stellen en beantwoorden

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Lesdoel

Leren vragen stellen en beantwoorden

Kennis opdoen van soorten vragen

4 soorten vragen

1. Gesloten vragen
   
2. Open vragen 
3. Vervolgvragen of doorvragen
4. Controle vragen

Gesloten vragen

Vragen waar je alleen 'ja' of 'nee' op kunt antwoorden. Deze vragen beginnen met een werkwoord.

Vaak een eerste vraag.

"Lust jij pizza?"

Open vragen

Op een open vraag kan uitgebreid antwoord gegeven worden. Een open vraag begint met een vraagwoord; wie, wat, waar, welke, waarom, wanneer en hoe.

Welke pizza vind jij lekker?

Ik vind pizza met olijven en kaas heel lekker.

Feit of een mening

Feit is controleerbaar

Wanneer heb jij daar pizza gehaald?

Iemands mening

Hebben ze daar lekker pizza's?

Doorvragen 

Bij een onduidelijk of een bijzonder antwoord vraag je door.

Vind je snijbonen op je pizza echt lekker? Wat maakt een snijboon op je pizza zo lekker?

Een voorbeeld van hoe het niet moet:

Heel veel vragen, veel daarvan ook gesloten, in een keer stellen.

Controlevraag

Het antwoord samenvatten of bevestiging zoeken.

Begrijp ik nou goed dat jij pizza met snijbonen het aller lekkerst vindt? 

Uit welke soorten vragen kan een interview bestaan?

1. Open en gesloten vragen
2. Open en doorvragen
3. Open, gesloten en doorvragen
4. Open, gesloten, door- en controle vragen

Wat  soort vragen zie je hier?

Ga je mee sporten vanmiddag?

- Ja.

Lust jij spruitjes?

- Nee.

Kun je goed zwemmen?

-Ja.

1. Open vragen
2. Gesloten vragen
3. Door- of vervolgvragen
4. Rare vragen

Waarom ben je te laat?

- Omdat ik me verslapen heb.

Hoe heet je?

- Ik heet Pieter.

Wat wil je drinken?

- Ik wil graag cola.

Wat voor soort vragen zijn dit?

1. Open vragen
2. Gesloten vragen
3. Door of vervolgvragen
4. Rare vragen

Wat is een interview?

1. Een vraaggesprek over je mening
2. Een vraaggesprek tussen twee of meer personen
3. Een discussie in een groep
4. Een gesprek over je standpunt

Wat bedoelen ze met een open vraag?

.

Wie zou jij weleens willen interviewen? Wat zou je van hem/haar willen weten?

Bespreek de antwoorden met de leerlingen.

Wat is het doel van een interview?

1. Zoveel mogelijk over iemand te weten komen.
2. Een stuk kunnen schrijven over iemand.
3. In contact komen met bekende mensen.
4. Zoveel mogelijk vragen aan iemand stellen.

Hoe zou je jezelf beschrijven?

1. open vraag
2. gesloten vraag

Sleep naar de juiste plek!

open vraag

gesloten vraag

Ben je daar opgegroeid?

Sleep naar de juiste plek!

open vraag

gesloten vraag

Wat vind je het allerleukste om te doen?

.

Jullie kennen nu het verschil tussen open en gesloten vragen!

Welk soort vragen is het meest geschikt voor interviews?

Leg uit waarom.

Bespreek de antwoorden met de leerlingen.

Luisteren

Vind je dat de vrouw goed luistert?

Ja? -> ren naar het bord

Nee? -> ren naar de deur

Kun je je antwoord uitleggen?

Weet je nu welke soorten vragen er zijn?

1. Ja
2. Nee

Aan de slag!

Opdracht: Interview 'Wie ben ik?' (startopdracht blz. 22)

Bekend  iemand in gedachten

Bedenk gesloten vragen (3 min.) 

 

Klass.

Startopdracht  bl. 24   Woordenschat 

 

Nu maken: 

h1 Woordenschat:  Theorie lezen en maken: opdr. 1 en 2.

Evt.  opdr. 5

Opdracht: 5  (2 min.)