Verkoop en communicatie 10-05 voorbereiden examen

1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
HandelMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Wat is communiceren?
Gebruik in jullie uitleg de begrippen:
zender, boodschap, medium, ontvanger
timer
3:00

Slide 8 - Question ouverte

Slide 9 - Vidéo

Bekijk de 3 communicatiedoelen op blz 11. Welk doel
past het best bij de commercial?
timer
3:00

Slide 10 - Question ouverte

Noem zo veel mogelijk voorbeelden van
non-verbale communicatie. En waarom is
non-verbale communicatie zo belangrijk?
timer
3:00

Slide 11 - Question ouverte

Leon sluit voor het eerst de winkel af.
Zijn leidinggevende geeft hem daarom een...?
Bespreek ook waarom
timer
3:00
A
enkelvoudige taakopdracht
B
meervoudige taakopdracht
C
instructie

Slide 12 - Quiz

2. Omschrijf de 3 fases van instructie geven.
Wat zijn de aandachtspunten per fase?
timer
3:00

Slide 13 - Question ouverte

2. Wat is het verschil tussen het begeleiden van een
nieuwe collega en ervaren collega?
timer
3:00

Slide 14 - Question ouverte

2. Wat is coachen? Wat is het verschil tussen
coachen en begeleiden?
timer
3:00

Slide 15 - Question ouverte

2. Tanja is ervaren, maar vind het moeilijk om goed met klachten om te gaan. Ze wil dit leren. Hoe kan haar leidinggevende haar helpen?
A
Tanja coachen
B
Tanja een meervoudige taakopdracht geven
C
introductiegesprek met Tanja

Slide 16 - Quiz

2. Jos en Sanne zijn collega's. Sanne komt vaak te laat.
Welke feedback kan Jos het beste geven?
timer
3:00
A
"Je komt nooit eens op tijd!"
B
"Nu ben je alweer te laat."
C
"Ik vind het vervelend dat je laat bent."

Slide 17 - Quiz

2. Wat is het beste moment om feedback aan een collega te geven?
A
een paar uren later
B
tijdens een functioneringsgesprek
C
vlak na de gebeurtenis

Slide 18 - Quiz

3. Uit welke stappen bestaat een formeel werkoverleg? Wat zijn de kenmerken van elke stap?

Slide 19 - Question ouverte

3. Wat is het effect van een collega die zijn afspraken niet nakomt nav een werkoverleg?

Slide 20 - Question ouverte

3. Wat staat er in een vergaderreglement?

Slide 21 - Question ouverte

1. Wat is een koopmotief en koopwens en hoe onderzoek je deze?

Slide 22 - Question ouverte

1. Waarom kun je beter geen cocktailvraag stellen in een verkoopgesprek?

Slide 23 - Question ouverte

1. Wat zijn convenience goods, shopping goods, specialty goods? Noem voorbeelden van alle drie

Slide 24 - Question ouverte