Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Voorbereiding MO
HS 5: Ir de comrpras en Madrid
notitieschrift, WB, WB & laptop op tafel.
1 / 41
suivant
Slide 1:
Diapositive
Spaans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
Cette leçon contient
41 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
HS 5: Ir de comrpras en Madrid
notitieschrift, WB, WB & laptop op tafel.
Slide 1 - Diapositive
Programa y objetivos:
(voorbereiding mondeling)
Los números de 0-100
Herhaling:
Los colores & basisregels
Vocabulario
ropa/ kleding
Je leert hoe je naar de prijs vraagt in het Spaans.
Oefenen in WB
HW
Slide 2 - Diapositive
In tweetallen:
oefen de uitspraak van de getallen (2 minuten)
(Ook in je TB p. 73)
timer
2:00
Slide 3 - Diapositive
Los números
Vamos a ver un vídeo sobre los números 0-100.
Slide 4 - Diapositive
Escucha los números...
Números de teléfono
Noteer de telefoonnummers die je hoort.
Je hoort ze 2 keer!
Slide 5 - Diapositive
Noventa
Diez
Sesenta
Ochenta
Cincuenta
Cuarenta
Treinta
Veinte
Setenta
Cien
10
20
30
40
50
60
70
80
90
100
Slide 6 - Question de remorquage
Oefening: Los números uitspreken
Slide 7 - Diapositive
Sleep de Spaanse woorden naar de juiste kleuren.
amarillo
azul
negro
gris
rojo
verde
blanco
naranja
rosa
marrón
Slide 8 - Question de remorquage
In het Spaans komt de kleur achter het kledingstuk? Welke zinnen zijn correct?
A
El amarillo vestido.
B
El vestido amarillo.
C
La camiseta roja.
D
La roja camiseta.
Slide 9 - Quiz
Welke zin is correct?
A
La falda verda.
B
La falda verde.
Slide 10 - Quiz
Welke zin is correct?
A
El sombrero azul.
B
El sombrero azulo.
Slide 11 - Quiz
Welke zin is correct?
A
La camisa grisa.
B
La camisa gris.
Slide 12 - Quiz
Welke zin is correct?
A
El bolso naranja. El bolso rosa. El bolso violeta.
B
El bolso naranjo. El bolso roso. El bolso violeto.
Slide 13 - Quiz
los calcetines
la gorra
la falda
el vestido
la camisa
las zapatillas
los vaqueros
el pantalón
la camiseta
la chaqueta
el jersey
Slide 14 - Question de remorquage
Voeg een kleur toe.
Slide 15 - Diapositive
los vaqueros
Let op!
De spijkerbroek = los vaqueros.
In het Spaans is dat
meervoud
. Als je er dus een bijvoeglijk
naamwoord bij zet moet dat
ook in het
___________
.
Vertaal
: De blauwe spijkerbroek.
Los _____________ _______________.
Slide 16 - Diapositive
la camisa
la camise
T
a
Slide 17 - Diapositive
Naar de prijs vragen:
2 vormen:
¿Cuánto cuest
a
...
? = Wat kost...?
¿Cuánto cuest
an
…? = Wat kost(en)…?
Voorbeelden:
¿Cuánto cuest
a
esta camiseta?
(Wat kost dit t-shirt?)
La camiseta
cuesta 40 euros.
¿Cuánto cuest
an
los zapatos
azules?
(Wat kosten de blauwe schoenen?)
Let goed op!
Wanneer gebruik je
cuesta
en wanneer
cuestan
?
Slide 18 - Diapositive
¿
Cuánto cuestan
unos pantalones de Pull and Bear?
Cuesta
of
cuestan
?
40, 00 euros
Slide 19 - Diapositive
¿
Cuánto cuesta...
un abrigo de Zara?
Cuesta of cuestan?
85, 00 euros
Slide 20 - Diapositive
¿
Cuánto cuestan...
unos calcetines de Hema?
Cuesta of cuestan?
4,50 euros
Slide 21 - Diapositive
Vocabulalrio voor de MO:
La ropa/ de kleding
In tweetallen:
Leer/ overhoor de selectie van de kledingstukken
WB p. 67
(10 minuten).
timer
10:00
Slide 22 - Diapositive
Los interrogativos
De vraagwoorden
Slide 23 - Diapositive
Vragende voornaamwoorden
1. ¿Qué?
Wat
2. ¿Dónde?
Waar
3. ¿Cómo?
Hoe
4. ¿Cuánto?
Hoeveel
5. ¿Quién?
Wie
6. ¿Cuál?
Welk/ welke
Slide 24 - Diapositive
Sleep de vraagwoorden naar de juiste zin.
¿... están los probadores?
¿... cuesta?
¿... quieres comprar?
¿... le queda el jersey?
Dónde
Cuánto
Qué
Cómo
Slide 25 - Question de remorquage
Hoe vraag je:
Wat kosten de schoenen?
A
¿Cuánto cuestan los zapatos?
B
¿Cuánto cuesta los zapatos?
Slide 26 - Quiz
Hoe zeg je in het Spaans:
Wilt u pinnen of contant betalen?
A
¿Va a pagar con plástico o con monedas?
B
¿Va a pagar con tarjeta o en efectivo?
C
¿Va a pagar con tarjeta o a plazos?
Slide 27 - Quiz
Hoe zeg je in het Spaans:
Ik heb de maat M:
A
Tengo la malla M.
B
Tengo la calla M.
C
D
Tengo la talla M.
Slide 28 - Quiz
Hoe zeg je in het Spaans:
Wat wil je kopen?
A
¿Qué quieres comer?
B
¿Qué quieres comprar?
Slide 29 - Quiz
Hoe zeg je in het Spaans:
Welke maat heb je?
A
¿Qué tipo tienes?
B
¿Qué turno tienes?
C
¿Qué talla tienes?
Slide 30 - Quiz
Hoe zeg je in het Spaans:
Waar zijn de paskamers?
A
¿Dónde están los probadores?
B
¿Dónde están los pendientes?
C
¿Dónde están los primeros?
Slide 31 - Quiz
Hoe vraag je:
Wat kost een tas?
A
¿Cuánto cuestan el bolso?
B
¿Cuánto cuesta el bolso?
Slide 32 - Quiz
Benoem: 2 artículos de ropa...
A
sandalias y botas
B
pantalones y camiseta
C
gafas de sol y reloj
Slide 33 - Quiz
Wat betekent:
Dónde están los probadores?
A
Waar zijn de kassa's?
B
Waar zijn de medewerkers?
C
Waar zijn de paskamers?
Slide 34 - Quiz
Kies de juiste vertaling voor:
Prefiero...
A
Ik vind leuk...
B
Ik heb liever...
C
Ik vind lekker...
D
Ik heb nodig...
Slide 35 - Quiz
Wat betekent:
¿ En qué puedo ayudarle?
A
Waarmee kan ik u helpen?
B
Waarmee kunt u betalen?
C
Wat wilt u kopen?
Slide 36 - Quiz
Vertaal: Oké, bedankt & geen dank:
A
Vale, gracias & de nada.
B
Ok, aquí tiene, adiós.
C
Hola, gracias, con gusto.
Slide 37 - Quiz
Los deberes
Onthoud voor de mondeling
:
de woordenschat van
la ropa/ de kleding
WB p. 68 -> Blok 5.4
NL-> SP
Slide 38 - Diapositive
¿Cómo has trabajado hoy en clase?
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 39 - Sondage
Doelen behaald?
1. Benoem 1 kledingstuk.
2. Vertaal: La camiseta es roja, cuesta veinte euros.
3. Hoe vraag je in het Spaans: Wat kost het?
4. Vertaal: 40, 25, 200
Slide 40 - Diapositive
Más números
https://www.profedeele.es/actividad/gramatica/numeros-espanol-todos/
https://www.profedeele.es/actividad/gramatica/numeros-espanol-todos/
timer
10:00
Slide 41 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
Voorbereiding MO
Janvier 2024
- Leçon avec
33 diapositives
Spaans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
Voorbereiding MO
Décembre 2023
- Leçon avec
42 diapositives
Spaans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
Week 4 Online
Janvier 2021
- Leçon avec
12 diapositives
Spaans
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
Les 10 - V3.3 - ropa, colores y estampados
Février 2021
- Leçon avec
23 diapositives
Spaans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Unidad 4 Tener qué y cuesta
Janvier 2023
- Leçon avec
28 diapositives
Spaans
WO
Studiejaar 2
Les 10 - V3.2 - ropa colores estampados + pepe
Mai 2023
- Leçon avec
40 diapositives
Spaans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
2V week 4 online clase 2
Février 2021
- Leçon avec
14 diapositives
Spaans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
week 3 online
Janvier 2021
- Leçon avec
31 diapositives
Spaans
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2