Tijd - oppervlakte en volume

Welkom 2B
- Telefoon in tas (uit) 
- Pak je iPad & rekenmachine (of kladblaadje + pen)
- Start LessonUp.app op en log in met je eigen naam.
1 / 51
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

Cette leçon contient 51 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Welkom 2B
- Telefoon in tas (uit) 
- Pak je iPad & rekenmachine (of kladblaadje + pen)
- Start LessonUp.app op en log in met je eigen naam.

Slide 1 - Diapositive

 Rekenen met tijd

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

8 uur = ..... minuten
( vul alleen het getal in )

Slide 4 - Question ouverte

6.5 uur = ..... minuten
( vul alleen het getal in )

Slide 5 - Question ouverte

120 seconden = ..... minuten
( vul alleen het getal in )

Slide 6 - Question ouverte

90 seconden = ..... minuten
( vul alleen het getal in )

Slide 7 - Question ouverte

5 kwartier = ..... minuten
( vul alleen het getal in )

Slide 8 - Question ouverte

510 minuten = ..... uur
( vul alleen het getal in )

Slide 9 - Question ouverte

16 kwartier = ..... uur
( vul alleen het getal in )

Slide 10 - Question ouverte

12 kwartier = ..... uur
( vul alleen het getal in )

Slide 11 - Question ouverte

10 kwartier = ..... uur
( vul alleen het getal in )

Slide 12 - Question ouverte

De verlenging bij een voetbalwedstrijd duurt 20 minuten.
Hoeveel seconden is dit?

Slide 13 - Question ouverte

Sanne weegt 3,365 kg watermeloen af.
Watermeloen kost € 0,89 per kg. Sanne betaalt met contant geld.
Hoeveel moet Sanne betalen?

Slide 14 - Question ouverte

Bas weegt 2,752 kg aardappelen af.
1 kg aardappelen kost € 1,39. Bas pint het bedrag.
Hoeveel moet Bas betalen?

Slide 15 - Question ouverte

Hoeveel dagen en uren zitten er in 75 uur?

Slide 16 - Question ouverte

Hoeveel uren en minuten zitten er in 215 minuten?

Slide 17 - Question ouverte

4.4 ruimtelijke figuren
Ruimtelijke figuren zijn  driedimensionaal

Slide 18 - Diapositive

De eenheid van oppervlakte is ............
A
vierkante meter (m²)
B
kubieke meter (m³)
C
meter (m)
D
geen van allen

Slide 19 - Quiz

De eenheid van oppervlakte is ............
A
vierkante meter (m²)
B
kubieke meter (m³)
C
meter (m)
D
geen van allen

Slide 20 - Quiz

Hoe bereken je de omtrek van
een rechthoek?
A
(lengte + breedte) x 2
B
lengte x breedte x hoogte
C
lengte + breedte + hoogte
D
lengte x breedte

Slide 21 - Quiz

Hoe bereken je de oppervlakte?
A
lengte + breedte
B
lengte x breedte x hoogte
C
lengte + breedte + hoogte
D
lengte x breedte

Slide 22 - Quiz

Wat is de totale oppervlakte van
deze balk?
Afmetingen zijn in meters.
A
Oppervlakte: 26 m2
B
Oppervlakte: 52 m2
C
Oppervlakte: 54 m2
D
Oppervlakte: 40 m2

Slide 23 - Quiz

Welke dobbelsteen uitleg is juist?
A
B
C
D

Slide 24 - Quiz

Stel: Je plaatst een hek om de tuin. Hebben we hier te maken met de omtrek of oppervlakte?
A
Omtrek
B
Oppervlakte

Slide 25 - Quiz

Welke ruimtefiguren hebben alleen platte vlakken?
A
Kubus, Balk, Bol
B
Kubus, Kegel, Piramide
C
Kubus, Prisma, Kegel
D
Kubus, Balk, Piramide

Slide 26 - Quiz

1. Wat is geen ruimtefiguur?
A
piramide
B
kegel
C
vierkant
D
kubus

Slide 27 - Quiz


Hoe heet dit
ruimtefiguur?
A
Kegel
B
Balk
C
Kubus
D
Rechthoek

Slide 28 - Quiz

Van een kubus zijn de ribben
even lang. Welk figuur zou dus
een kubus moeten zijn?

A
Figuur I
B
Figuur II

Slide 29 - Quiz

Bij welke ruimtefiguur hoort uitslag B?
A
balk
B
piramide
C
kubus
D
geen van deze antwoorden

Slide 30 - Quiz

Van welk ruimtefiguur is dit een uitslag?
A
Kegel
B
Balk
C
Cilinder
D
Bol

Slide 31 - Quiz

150 minuten = ..... uur
( vul alleen het getal in )

Slide 32 - Question ouverte

Volumematen

Slide 33 - Diapositive

Je kan ...
  1. lengte-, oppervlakte- en volumematen herleiden
  2. de juiste eenheid bij de grootheid plaatsen

Slide 34 - Diapositive

1 m³ =
A
10 000 cm³
B
1000 cm³
C
100 000 cm³
D
1 000 000 cm³

Slide 35 - Quiz

27 dm³ =
A
27 000 cm³
B
270 cm³
C
2 700 cm³
D
270 000 cm³

Slide 36 - Quiz

204 cm³ = ... mm³

Slide 37 - Question ouverte

9 000 cm³ = ...
A
90 dm³
B
9 dm³
C
0,9 dm³
D
0,9 m³

Slide 38 - Quiz

63,5 m³ = ... dm³

Slide 39 - Question ouverte

800 dm³ = ... m³

Slide 40 - Question ouverte

500 000 mm³ = ... dm³

Slide 41 - Question ouverte

7 620 dm³ = ... m³

Slide 42 - Question ouverte

1 dm³ =
A
100 l
B
1000 l
C
10 l
D
1 l

Slide 43 - Quiz

1 m³ =
A
100 l
B
1000 l
C
10 l
D
10 000 l

Slide 44 - Quiz

27 dm³ =
A
27 l
B
270 cl
C
27 dl
D
2,7 l

Slide 45 - Quiz

1 cm³ =
A
100 ml
B
1000 ml
C
10 ml
D
1 ml

Slide 46 - Quiz

9 000 cm³ = ...
A
90 dl
B
9 l
C
9 dl
D
90 l

Slide 47 - Quiz

204 cm³ = ... dl

Slide 48 - Question ouverte

0,05 m³ = ... l

Slide 49 - Question ouverte

8 dm³ = ... ml

Slide 50 - Question ouverte

500 000 cm³ = ... l

Slide 51 - Question ouverte