Cette leçon contient 41 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
La durée de la leçon est: 90 min
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Hoe gaat het vandaag met jullie?
😒🙁😐🙂😃
Slide 2 - Sondage
Kletspraat
Wat is de meest waardevolle levensles die je hebt geleerd?
Slide 3 - Question ouverte
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Waar staan de letters 'EHBO' voor?
Slide 8 - Question ouverte
Slide 9 - Diapositive
EHBO heeft een aantal doelen. Benoem de doelen van EHBO.
Slide 10 - Question ouverte
Tijdens het verlenen van eerste hulp werk je volgens een aantal regels. Benoem de regels waar je je aan moet houden als je EHBO verleent.
Slide 11 - Question ouverte
Slide 12 - Diapositive
Wanneer is er sprake van een spoedgeval?
Slide 13 - Question ouverte
Een hond wordt aangereden door een auto. De klap was niet heel hard en de hond staat vrijwel direct weer op en lijkt in orde. Moet je met dit dier naar de dierenarts?
A
Dierenarts
B
Geen dierenarts
Slide 14 - Quiz
Slide 15 - Diapositive
Leg uit wat het doel is van het uitvoeren van een SPAR-onderzoek.
Slide 16 - Question ouverte
Welke lichaamsfuncties worden tijdens een SPAR-onderzoek onderzocht?
Slide 17 - Question ouverte
Slide 18 - Diapositive
Beschrijf waar je op let als je de slijmvliezen van een dier gaat controleren.
Slide 19 - Question ouverte
Een kat is aangevallen door een hond. Na SPAR-onderzoek valt je op dat de slijmvliezen heel bleek zijn. Wat zou dit dier mogelijk kunnen hebben?
Slide 20 - Question ouverte
Slide 21 - Diapositive
Beschrijf waar je op let als je de pols van een dier gaat controleren.
Slide 22 - Question ouverte
Wat is de normale polsfrequentie van een hond?
A
28 tot 40
B
60 tot 120
C
120 tot 180
D
200 tot 300
Slide 23 - Quiz
Slide 24 - Diapositive
Beschrijf waar je op let als je de ademhaling van een dier gaat controleren.
Slide 25 - Question ouverte
Wat is de normale ademhalingsfrequentie van een kat?
A
8 tot 14
B
10 tot 30
C
20 tot 40
D
35 tot 65
Slide 26 - Quiz
Een hond is aangereden door een auto. Na het uitvoeren van een SPAR-onderzoek valt je op dat bij het in- en uitademen de borst en buik om en om op en neer bewegen. Wat zou dit dier mogelijk kunnen hebben?
Slide 27 - Question ouverte
Slide 28 - Diapositive
Benoem enkele reflexen die je kan controleren om de werking van het zenuwstelsel te bepalen bij het uitvoeren van een SPAR-onderzoek.
Slide 29 - Question ouverte
Een hond is aangereden door een auto. Na het uitvoeren van een SPAR-onderzoek valt je op dat het dier in de achterbenen geen reflexen meer heeft, maar wél in de voorbenen. Wat zou het dier mogelijk kunnen hebben?
Slide 30 - Question ouverte
Slide 31 - Diapositive
Wat is de normale lichaamstemperatuur van een hond?
A
37 tot 38 graden
B
38 tot 39 graden
C
38,5 tot 39,5 graden
D
39 tot 40 graden
Slide 32 - Quiz
Slide 33 - Vidéo
Slide 34 - Diapositive
Na het uitvoeren van een SPAR-onderzoek blijkt dat een hond geen pols en geen ademhaling meer heeft. Beschrijf in welke volgorde je gaat handelen om het leven van het dier te redden.
Slide 35 - Question ouverte
Slide 36 - Diapositive
Slide 37 - Diapositive
Slide 38 - Vidéo
Slide 39 - Diapositive
Leg uit hoe je de dood van een dier met grote zekerheid kan vaststellen.