Verkeer H3 les 4

• Verkeer
• Basisschool
• Groep 7

Doel van de les:

• Je leert hoe je veilig  fietst bij vrachtwagens.
• Je leert wat de dode hoek van grote wagens is.
• Je leert hoe je rekening kunt houden met grote wagens die afslaan en op jouw weghelft komen.

Kies het juiste antwoord:
Wat moet je als fietser doen als een vrachtwagen voor een kruispunt staat te wachten?

1. Je moet de vrachtwagen rechts voorbij rijden.
2. Je moet de vrachtwagen links inhalen.
3. Je moet rechts en ruim achter de vrachtwagen blijven wachten.

Waarover gaat deze les?

1. Over vrachtwagens die fietsers inhalen.
2. Over veilig fietsen in de buurt van vrachtwagens.
3. Over vrachtwagens die zomaar afslaan.

Lees dit eerst goed voor de de opdrachten gaat maken.

De vrachtwagen wil rechts afslaan. waar kan Epke veilig wachten?

1. Links voor naast de vrachtwagen.
2. Op de stoep.
3. Waar hij nu staat.
4. Rechts voor naast de vrachtwagen.

Wat kan er gebeuren als Epke naast de vrachtwagen gaat staan?

Welke kinderen staan in de dode hoek?

Veilig

Dode hoek

Frank

Karin

Wout

Aisha

Sanne

Tom

Lees dit eerst goed voor je de opdrachten gaat maken.

Roos en Karin willen de vrachtwagen inhalen. Roos rijdt door, Karin blijft staan. Wie doet het goed?

1. Roos
2. Karin

Wat is hier veilig om te doen? Kies er 2

1. Ik zou doorfietsen net als Roos.
2. Ik zou wachten tot er geen verkeer meer aankomt.
3. Ik zou afstappen en over de stoep verder lopen.
4. Ik zou naast elkaar inhalen, het andere verkeer wacht wel.

Twee fietsers willen een stilstaande vrachtwagen inhalen. Ze hebben al omgekeken en er rijdt geen verkeer achter hen. Bij welk plaatje hoort elke zin?

Als de fietsers achter elkaar gaan rijden, kunnen ze de vrachtwagen inhalen.

De fietsers kunnen veilig naast elkaar op hun eigen weghelft blijven rijden en doorfietsen.

De fietsers moeten achter elkaar gaan. Als de tegenligger voorbij is kunnen ze verder fietsen.

Lees dit eerst goed voor je de opdrachten gaat maken.

Mia, Sam en Dirk wachten voor het verkeerslicht. Lees wat zij zeggen. Wie heeft gelijk?

1. Mia: Ik ga linksaf. Die stopstreep staat niet goed! Ik wacht voor dezelfde stopstreep als Sam.
2. Dirk: Ik ga linksaf. Ik wacht rechts in het vak en voor de stopstreep. Daar sta ik veilig als de vrachtwagen de bocht om komt.
3. Sam: Ik wil rechtdoor. Ik ga links in het vak staan. Dan heb ik geen last van vrachtwagens die van rechts de bocht om komen.

Welk risico neemt Mia?

Welk risico neemt Sam?

Lees dit eerst goed voor je de opdrachten gaat maken.

1) ... verkeer mag voor

... verkeer.

2) ... mag dus voor gaan.

3) ... moet wachten.

Tobias

rechtdoor gaand

de vrachtwagen

afslaand

Kan Tobias nu gewoon door fietsen? Leg je antwoord uit, gebruik het woord 'dode hoek'.

Je hebt in deze les veel geleerd over vrachtwagens. Wat ga je nu anders doen als je te maken krijgt met een vrachtwagen?

Ik weet nu de woorden: de dode hoek, het voertuig, de (eigen) weghelft, de stopstreep.

😒🙁😐🙂😃

Ik weet nu hoe je je veilig gedraagt in de buurt van een vrachtwagen en andere grote voertuigen.

😒🙁😐🙂😃