Woordenschat H3 , les 2 en start spelling H1

Onderstaande titel is ambigu (= dubbelzinnig)
CLS wil huishoudens 
in financiële problemen helpen

Zie jij de twee betekenissen?
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 14 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Onderstaande titel is ambigu (= dubbelzinnig)
CLS wil huishoudens 
in financiële problemen helpen

Zie jij de twee betekenissen?

Slide 1 - Diapositive

Programma
1) Bespreken opdracht 2
2) Opdrachten maken en bespreken
3) Klassikaal opdracht maken




Slide 2 - Diapositive

Bespreken opdracht 2
blz. 91

Slide 3 - Diapositive

Maak:
Opdracht 3 op blz. 91 en opdracht 6 op blz. 61.
We bespreken deze opdrachten zo meteen.
 Ben je klaar, dan begin je aan opdracht 4. Lees tijdens het maken ook de tekst voor de context!
timer
9:00

Slide 4 - Diapositive

Bespreken:
Opdracht 3 op blz. 91 en opdracht 6 op blz. 61.

We maken 4.1 en 4.2 klassikaal!

Slide 5 - Diapositive

Programma
1) Stil lezen/inzien leestoets
2) Bespreken opdracht 6 op blz. 61
2) Theorie Spelling H1
3) Opdrachten maken




Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Bespreken:
 opdracht 6 op blz. 61.


Slide 8 - Diapositive

Spelling H1
Trema, apostrof, accenttekens en cedille

Om uitspraakproblemen binnen een woord te voorkomen gebruiken we in het Nederlands bovenstaande tekens.

Trema, accenttekens en cedille komen ook vaak voor bij leenwoorden.

Slide 9 - Diapositive

Trema
Dit gebruik je:
  • te voorkomen dat twee klinkers in een woord samen worden uitgesproken. Reeën, kopiëren, reünie. Bij woorden die eindigen op -ie bepaalt de klemtoon of het meervoud -iën of - ieën wordt. POrie> poriën, caloRIE > calorieën
  • in leenwoorden: fröbelen
  • Let op: bij samenstellingen gebruik je een koppelteken, geen trema

Slide 10 - Diapositive

Apostrof
Dit gebruik je:
  • om uitspraakproblemen te voorkomen als je een 's schrijft achter woorden die eindigen op Ik hOU vAn Ys. (baby's, auto's, Anna's jurk). Als er geen uitspraakprobleem is dan schrijf je de 's vast aan het woord: cadeaus, jockeys.
  • als weglatingsteken: 's avonds (des avonds), Lex' hoed
  • in meervouden en afleidingen van afkortingen: wc's, dvd'tje
  • in verkleinwoorden op y: baby'tje (maar wel jockeytje)

Slide 11 - Diapositive

Accentteken
Er zijn 3 accenten: accent aigu (café), accent grave (carrière) en accent circonflexe (crêpe). Ze komen vooral voor op de letter e.
De accent aigu gebruik je om:
  • de lettergreep te beklemtonen. Het staat dan op alle klinkers van de beklemtoonde lettergreep: Ze heeft niet twéé kinderen, maar drie.
Let op: bij een opeenvolging van drie beklemtoonde letters in dezelfde lettergreep krijgen alleen de eerste twee letters een klemtoonteken (móói, frááie)

Slide 12 - Diapositive

Cedille
De cedille (het 'wormpje' onderaan de ç) zorgt ervoor dat de 'c' als een 's' klinkt voor de o, a of u. Normaal klinkt hij daar als de letter k.

remplaçant, caramel

Slide 13 - Diapositive

Maken
 Opdracht 7 van Woordenschat H3 op blz. 93

opdracht  1 t/m 3 van Spelling H1 op blz. 37


Slide 14 - Diapositive