week 7 (opdracht B en H6 spelling)

app.onzeles.nl
pin: 658610
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

app.onzeles.nl
pin: 658610

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen?
  • Mededelingen
  • Lesdoel
  • In groepjes gedichten bespreken
  • Vragen 

Slide 2 - Diapositive

Mededelingen
  • Les filmen: morgen
  • Vragen?

Slide 3 - Diapositive

Lesdoel
Aan het eind van de les kun je van verschillende gedichten één gedicht maken.

Slide 4 - Diapositive

Opdracht: van vier gedichten één gedicht maken.
Jullie worden straks ingedeeld in groepjes van vier. In je groepje ga je je gedicht delen, waarna jullie er één gedicht van gaan maken. Schrijf (kopieer) je gedicht in de chat, zodat de anderen mee kunnen lezen. Kijk dan naar hoe jullie de gedichten kunnen samenvoegen in één. Probeer een andere volgorde uit, of gooi de gedichten volledig door elkaar!

Klik op het handje als je een vraag hebt!
Tijd: 20 min.

Slide 5 - Diapositive

Wat vond je van de poëzieopdrachten?
😒🙁😐🙂😃

Slide 6 - Sondage

Waarom vond je het wel of niet leuk?

Slide 7 - Carte mentale

Wat gaan we doen?
  • Mededelingen
  • Lesdoel
  • Spelling H6: aan elkaar of los?
  • Samen aan de slag
  • Zelfstandig werken
  • Vragen 

Slide 8 - Diapositive

Mededelingen
  • Les wordt gefilmd 

Slide 9 - Diapositive

Starten online les
  • Pak vast je schrift zodat je mee kunt schrijven tijdens de uitleg.
  • Klikken op het handje in Teams als je een vraag hebt -> tijdens de presentatie in LessonUp mag je mij onderbreken.

Slide 10 - Diapositive

Waar denk je aan bij het woord 'samenstellingen'?

Slide 11 - Carte mentale

Wat is juist: operatiekamer of operatie kamer?
A
operatiekamer
B
operatie kamer

Slide 12 - Quiz

Lesdoel
Aan het eind van de les kun je bepalen of je woorden los of aan elkaar moet schrijven.

Slide 13 - Diapositive

Aan elkaar of los? (1)
  • Samenstellingen worden in het Nederlands aan elkaar geschreven. Ze hebben één klemtoon.
     Ik heb een tennisracket gekocht en een trainingsbroek. 

  • Vijf soorten

Slide 14 - Diapositive

Aan elkaar of los? (2)
De volgende woorden schrijf je aan elkaar:
1. Samenstellingen van drie woorden of minder
tuinman, zonnebril, bruinebonensoep

2. Woorden die gemaakt zijn van er, hier, daar of waar met een voorzetsel: hierom, erachter, daarheen
hierom, erachter, daarheen


Slide 15 - Diapositive

Aan elkaar of los? (3)
3. Getallen met honderd en duizend:
vijfhonderd, zestienduizend

4. Veel samengestelde werkwoorden:
autorijden, roerbakken, goedkeuren, losmaken


Slide 16 - Diapositive

Aan elkaar of los? (4)
5. Veel samengestelde bijvoeglijke naamwoorden met een deelwoord als tweede deel:

veeleisend, dichtbevolkt, stomverbaasd

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

linzensoep of linzen soep?
A
linzensoep
B
linzen soep

Slide 19 - Quiz

Wat is het verschil tussen de volgende woorden: langeafstandsloper en lange afstandsloper

Slide 20 - Question ouverte

Aan de slag!
Opdracht 1, 2 en 3 (blz. 184-185)

Inleveren via Teams voor 19:00 uur. Ik ben beschikbaar voor vragen.

Succes!

Slide 21 - Diapositive