Burgerschap P2 les 8 Rechtspraak in Nederland
1 / 21
La durée de la leçon est: 60 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Wat moet je als eerste doen wanneer je dit ziet gebeuren?
A
De twee mensen uit elkaar halen
B
112 bellen
C
Om hulp vragen
D
De aanvaller vastpakken
Slide 4 - Quiz
Slide 5 - Diapositive
Wanneer mag de agent de verdachte handboeien omdoen?
A
Dat mag altijd
B
als hij de verdachte meeneemt naar het bureau
C
Dat mag alleen als de agent alleen is
D
als de verdachte een gevaar is voor zichzelf of de agent
Slide 6 - Quiz
De agent neemt de verdachte mee naar het bureau. Hoe lang mag de politie een verdachte op verdenking strafbaar feit vasthouden?
Slide 7 - Question ouverte
Slide 8 - Diapositive
Wie beslist of de verdachte langer vast blijft zitten?
A
De rechter
B
De politie-officier
C
De officier van Justitie
D
De advocaat
Slide 9 - Quiz
Met hoeveel dagen kan de officier van Justitie het vasthouden verlengen?
Slide 10 - Question ouverte
Slide 11 - Diapositive
Moet een verdachte altijd een advocaat hebben?
A
Ja
B
Nee, verdachte mag weigeren.
Slide 12 - Quiz
Waar kan je aangifte doen?
A
Bij de politie
B
Bij de Rechter
C
Bij de verdachte
D
Bij de Officier van Justitie
Slide 13 - Quiz
Slide 14 - Diapositive
Zal er altijd een rechtszaak plaats vinden als er een van een zware overtreding/misdrijf aangifte wordt gedaan door het slachtoffer?
A
Ja
B
Nee
Slide 15 - Quiz
Komen alle misdrijven voor de rechter?
A
Ja, er altijd vind een strafzitting bij de Rechter plaats
B
Nee, officier van Justitie mag in een aantal zaken beslissen over de strafmaat.
Slide 16 - Quiz
Slide 17 - Lien
Slide 18 - Diapositive
Wat is de taak van de rechter?
A
Bepalen welke straf iemand krijgt
B
De wetten verzinnen
C
Bepalen wie er gelijk heeft
D
De waarheid boven tafel krijgen
Slide 19 - Quiz
Stelling: de Rechtspraak in Nederland is een eerlijk proces.
A
Eens
B
Oneens
