AH16 p5.2 1-2-2024

Rekenmachine gebruiken
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Rekenmachine gebruiken

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Bereken met je rekenmachine
3,87 . 5,6 =
timer
1:00

Slide 3 - Question ouverte

3,87 . 5,6 = 21,672

Slide 4 - Diapositive

Bereken met je rekenmachine
7,4 -(-3,3-1,9) =
timer
1:00

Slide 5 - Question ouverte

7,4 -(-3,3-1,9) = 12,6

Slide 6 - Diapositive

Bereken met je rekenmachine

timer
1:00

Slide 7 - Question ouverte

8,16
4,3+1,7
------------ = 1,36

Slide 8 - Diapositive

§5.2: Schatten
  • Met een rekenmachine maak je snel een foutje:
  • Schat altijd achteraf of jouw antwoord klopt!  

  • Bijvoorbeeld:  291,22: 29,3 = 9,94
    Schatten kun je doen door 300: 30 = 10
  • Als je op een antwoord komt dat niet in de buurt komt van 10 heb je iets verkeerd hebt ingetikt. 

Slide 9 - Diapositive

51 . 2,9 =
Met welke keer som kun je de uitkomst schatten?
En wat is de uitkomst van je schatting?


timer
1:00

Slide 10 - Question ouverte

11,23 : 1,93 =
Met welke deel som kun je de uitkomst schatten?
En wat is de uitkomst van je schatting?


timer
1:00

Slide 11 - Question ouverte

Slide 12 - Diapositive