H6Lezen

Welkom!
Ga naar je plek, pak je spullen en wacht tot de les begint.
  • Leesboek
  • Lesboek Nieuw Nederlands
  • Schrift 
  • Pen
timer
2:00
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Welkom!
Ga naar je plek, pak je spullen en wacht tot de les begint.
  • Leesboek
  • Lesboek Nieuw Nederlands
  • Schrift 
  • Pen
timer
2:00

Slide 1 - Diapositive

Lezen in je boek
timer
8:00

Slide 2 - Diapositive

Wat gaan we doen? 

  •  Hoofdstuk 6 Lezen
  • Nakijken opdracht 2
  • Zelfstandig werken -
  • Evaluatie les
  • Afsluiten

Slide 3 - Diapositive

Deze afbeelding staat in
de uitleg bij medicijnen.

Weet jij wat hij betekent?
A
deze pil moet je tijdens het eten innemen
B
deze pil moet je doormidden snijden voordat je hem doorslikt

Slide 4 - Quiz

Deze afbeelding staat in
de uitleg bij medicijnen.

Weet jij wat hij betekent?
A
deze pil beïnvloedt het rijgedrag
B
deze pil helpt tegen wagenziekte

Slide 5 - Quiz

Deze afbeelding staat in
de uitleg bij medicijnen.

Weet jij wat hij betekent?
A
deze pil moet je innemen na het plassen
B
van deze pil moet je veel plassen

Slide 6 - Quiz


Lesdoel:


Ik kan informatie uit afbeeldingen halen die bij teksten staan

Slide 7 - Diapositive


Instructiefilmpje over teksten en afbeeldingen:

Slide 8 - Diapositive

Aan de slag!
Gezamenlijk maken startopdracht.

Daarna opdracht 1, 2 en 4.

Ben je klaar? Maak opdracht 3 en 5

Slide 9 - Diapositive

Huiswerk:

Maken:
opdracht 1, 2 en 4
vanaf bladzijde 142

Slide 10 - Diapositive

Evaluatie
  • Wat heb je geleerd deze les?
  • Wat ging er goed?
  • Wat kan beter?

Slide 11 - Diapositive

Tot de volgende les!

Slide 12 - Diapositive

Tekst en afbeeldingen

Vaak staan er afbeeldingen bij een tekst, zoals foto’s, tekeningen, schema’s, (land)kaartjes en tabellen. 
Die afbeeldingen staan er met een bepaald doel:

1: De schrijver wil extra informatie geven, zodat de lezer de tekst beter begrijpt. Hij zet bijvoorbeeld informatie uit de tekst overzichtelijk in een schema of tabel. Of hij laat op een landkaartje zien waar de plek ligt die in de tekst genoemd wordt.

2: De schrijver wil de tekst leuker maken. Hij kiest een afbeelding die bij de tekst past en die de aandacht van de lezer trekt.

Slide 13 - Diapositive