Oefentoets 3H H5

• Economie
• WO
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Oefentoets 3H H5

Met deze oefentoets kun je voorbereiden voor het proefwerk. Deze oefentoets geeft een idee bij het soort vragen dat je kunt verwachten, maar niet alles. 

De toets geeft de vraag en het modelantwoord, zodat je kunt checken jouw antwoord goed was.

Geef een omschrijving van het begrip:
vaste activa

Geef een omschrijving van het begrip:
crediteuren

Leg op twee punten het verschil uit tussen een balans en een resultatenrekening.

Afschrijvingskosten

Een bedrijf heeft op 1 januari 2019 voor € 28.000 een transportauto gekocht en zal die 31 december 2025 afdanken. Ook is op 1 januari 2019 een computer met toebehoren aangeschaft voor € 2.000 die na vier jaar volledig wordt afgeschreven en geen restwaarde heeft.

Bereken de jaarlijkse afschrijvingen op transportauto en computer voor dit bedrijf samen.

Fietsenmaker Kerstens verkoopt fietsen en fietsonderdelen. Hij heeft een winkelpand met een waarde van € 312.000. Het winkelpand wordt in 20 jaar geheel afgeschreven.

Bereken de jaarlijkse afschrijving op het winkelpand.

Resultatenrekening

Rons Bike Palace

Ron is altijd al met fietsen in de weer geweest en is een aantal jaren geleden een fietswinkel begonnen (Rons Bike Palace) in de binnenstad van Amsterdam. De bank heeft hem een hypotheeklening verstrekt om het bedrijfspand te kunnen kopen. Tevens heeft hij nog een lening bij zijn vader lopen. Ron heeft sinds twee jaar een werknemer in loondienst.

De rente op de hypotheeklening is 6,5% per jaar. Deze lening wordt in 30 jaar afgelost. De aflossing vindt elk jaar op 31 december plaats en bedraagt € 10.000. Op die datum wordt ook de rente betaald.

De rente over de lening van zijn vader is 8,5% en wordt in 10 jaar in gelijke delen afgelost. Telkens op het einde van het jaar lost hij € 7.500 af. Op die datum wordt ook de rente betaald.

Bereken de rente die Ron in totaal over beide leningen moet betalen dit jaar.

Bereken de totale omzet inclusief 21% btw.

Bereken de inkoopwaarde van de omzet exclusief 21% btw.

Bereken de behaalde brutowinst.

Bereken de brutowinst als percentage van de omzet (= brutowinstmarge)

Balans / balansmutaties

Klaas Tuinsma

Klaas Tuinsma heeft een winkel in huishoudelijke artikelen. Hij koopt goederen bij groothandels in en verkoopt de goederen in zijn winkel. 

Op 1 januari heeft hij onderstaande balans opgemaakt:

Gedurende het jaar vonden een aantal gebeurtenissen plaats die Klaas Tuinsma heeft moeten verwerken in mutatiebalansen. Maak voor elk van de financiële feiten een mutatiebalans.

In januari wordt voor € 250 strooizout gekocht om de sneeuw op de parkeerplaats / oprit te verwijderen. De rekening wordt direct betaald.

Klaas koopt en ontvangt 1.000 huishoudartikelen à € 125 per stuk maar betaalt nog niet.

Klaas verkoopt 1.200 huishoudartikelen voor € 200 per stuk. De inkoopwaarde bedraagt € 150.000. De klant betaalt 50% van de rekening direct en de rest over een maand.

De auto die op de balans staat is per 1 januari € 6.000 waard. De auto gaat nog 6 jaar mee en wordt dan naar de sloop gebracht en brengt dan dus niets meer op. De auto wordt afgeschreven met een vast bedrag per jaar.

De inventaris is nieuw en wordt in 4 jaar afgeschreven. De huidige waarde is € 30.000. Verwacht wordt dat de inventaris na 4 jaar nog € 2.000 opbrengt.

De overige bedrijfskosten bedragen € 25.000 en worden via de bank betaald

Einde toets