ziekten van het zenuwstelsel , CVA- Parkinson en MS

ziekten van het zenuwstelsel(VT)
CVA
Ziekte van Parkinson
Multiple sclerose
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

ziekten van het zenuwstelsel(VT)
CVA
Ziekte van Parkinson
Multiple sclerose

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar in de hersenen zit het gedeelte dat ervoor zorgt dat we begrijpen wat er tegen ons gezegd wordt?
A
In het sensorisch taalcentrum (centrum van Wernicke) op de slaap.
B
In de prefrontale schors, welke is betrokken bij de cognitie, o.a. plannen maken
C
In het motorisch centrum, het centrum van Broca. Hier wordt het produceren van taal geregeld
D
De auditieve (gehoor)schors is belangrijk voor het verwerken van geluiden.

Slide 2 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar gaat de nervus vagus heen?
A
kauwspieren en het gelaat
B
ogen
C
Neus
D
spieren van het strottenhoofd en de meeste ingewanden

Slide 3 - Quiz

De nervus vagus wordt ook wel de zwervende zenuw genoemd. Deze zenuw zorgt voor het spreken, slikken en de bewegingen van de huig, en het gevoel van de ingewanden en geeft deze autonome impulsen.

Slide 4 - Diapositive

in 80% van de gevallen gaat het om een herseninfarct

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

welke risicofactoren vergroten de kans op een CVA

Slide 8 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

hoe kun je er snel achterkomen of er sprake is van een CVA?
A
FAST test
B
meten van de bloeddruk
C
MRI scan
D
temperatuur meten

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ziekte van Parkinson
  •  De ziekte van Parkinson wordt veroorzaakt door een tekort aan Dopamine die de prikkeloverdracht tussen zenuwcellen in bepaalde hersenkernen mogelijk maakt.
  • De kernen waar deze stof als prikkeloverdrachtstof nodig is, zijn kernen die behoren tot het extrapiramidale systeem.
  • Functie van dit systeem is: het regelen van de steunmotoriek of ‘ondersteunende’ bewegingen. Een ondersteunende beweging is bijvoorbeeld het zwaaien met je armen als je loopt, of de mimiek van je gezicht als je praat; 

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de betekenis van hypokinese?
A
maskergelaat
B
stijfheid
C
bewegingsarmoede
D
rigiditeit

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

verschijnselen
opvallende verschijnselen:
hypokinese , armen bewegen niet mee, maskergelaat, monotoom en zacht spreken, slikproblemen.

rigor (spierstijfheid), gebogen lichaamshouding; 

tremoren  De duim en wijsvinger maken voortdurend een gebaar als geld tellen, het  hoofd schudt steeds nee. (onbewust)

Speekselvloed (kwijlen) , veel transpireren en verhoogde talgproductie

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

welke uitspraak m.b.t. L-dopa is juist
A
L-dopa werkt als suppletie voor dopamine
B
L-dopa vermindert de stijfheid
C
De toediening van L-dopa is intramusculair
D
L-dopa vermindert de tremoren

Slide 22 - Quiz

 onwillekeurige bewegingen kunnen optreden.
Behandeling
1. Verschillende medicijnen : genezen niet, maar doen verschijnselen afnemen.
Meest bekende : L(evo)-dopa of dopamine angonist(de receptoren in de hersenen worden gestimuleerd -> komt meer dopamine beschikbaar): 
  • L-dopa is geen suppletie(toevoeging), maar zet aan tot de aanmaak van dopamine.
  • De toediening van L-dopa is oraal of via een pompje( om de medicatie geleidelijk toe te dienen)( met een sonde in de dunne darm.
  • L-dopa vermindert de stijfheid en de bewegingsbeperkingen, maar niet de tremoren.
  • L-dopa heeft als nare bijwerking dat er onwillekeurige bewegingen kunnen optreden.
Daarnaast fysio (opbouw conditie ) en ergotherapie (lig - en zithouding verbeteren en aanleren van hulpmiddelen)



Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Multiple sclerose
  • Chronische aandoening -> centrale zenuwstelsel

  • Betekent ‘verharding op meerdere plaatsen’. > kleine harde witte plekjes .

  • Er ontstaat op bepaalde plaatsen in de hersenen verval van de myelineschedes. (een soort beschermlaagje om de uitlopers van motorische-en sensorische zenuwcellen)

  •  Hierdoor treedt een ontstekingsreactie op, die geneest met behulp van de gliacellen.

  • Tijdens de genezing vormt zich een klein, hard, wit littekentje


Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn symptomen van MS
A
Hartkloppingen
B
wazig zien
C
stoornissen in de motoriek
D
kortademigheid

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

welke oorzaken kunnen een rol spelen bij het ontstaan van MS?
A
erfelijkheid
B
stofwisselingsziekte
C
een auto-immuunziekte
D
een tekort aan vitamines

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Huiswerk
  • Lees bij deze 3 ziektebeelden de paragraaf verpleegkundige aandachtspunten
  • Maak vervolgens de opdrachten , bij C-D en E
  • 17-10>   ziektebeeld: Huntington, Epilepsie en Dwarslaesie

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions