H11 Schakelingen

H11 Schakelingen
Vandaag:
  • Wat is weerstand?
  • Weerstand in een schakeling.
  • Weerstand meten.
  • Weerstand berekenen. 
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

Cette leçon contient 24 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 200 min

Éléments de cette leçon

H11 Schakelingen
Vandaag:
  • Wat is weerstand?
  • Weerstand in een schakeling.
  • Weerstand meten.
  • Weerstand berekenen. 

Slide 1 - Diapositive

Weerstand
  • Weerstand bij water werkt     hetzelfde als bij elektriciteit
  • Stroomt het makkelijk dan   is er een lage weerstand.
  • Gaat het er moeilijk   doorheen dan is er een   hoge weerstand

Grootheid
Eenheid
Sym.
Spanning
Volt
V
Stroomsterkte
Ampere
A
Weerstand
Ohm
Ω

Slide 2 - Diapositive

Weerstand
Hoe meer weerstand, hoe moeilijker de stroom er doorheen gaat.

Een geleider heeft weinig weerstand.

Een isolator heeft veel weerstand.

Slide 3 - Diapositive

Weerstand
  • Weerstand = tegenwerking

  • Hoe groter de waarde van de weerstand
  •  => hoe moeilijker de stroom er door gaat 
  • =>  hoe lager de stroomsterkte

  • Een weerstand zorgt ervoor dat de stroom moeilijker van + naar - kan


Slide 4 - Diapositive

Symbool
Weerstanden

Slide 5 - Diapositive

Weerstand meten
  • Weerstand meten doe je   met een multimeter
  • Een multimeter heeft   allerlei standen
  • 1kΩ= 1 kilo Ω = 1000 Ω


Slide 6 - Diapositive

Weerstand berekenen

Formule:     Weerstand = spanning : stroomsterkte

Weerstand geef je aan in  Ohm (Ω)
De spanning geef je aan in Volt (V)
De stroomsterkte geef je aan in Ampère (A)

Slide 7 - Diapositive

Voorbeeld rekensomWeerstand
1)Gegevens:
Spanning = 10 V
Stroomsterkte = 0,024 A
2)Gevraagd: Weerstand
3) Formule:
Weerstand= spanning : stroomsterkte
4)Uitwerking: 
Weerstand= 10: 0,024
5)Weerstand = 416, 67 Ω


Slide 8 - Diapositive

Aan de slag
Wat? Opdracht 1 t/m 12 en Opdracht 1 t/m 6
Waar? Blz 89 t/m 96 en Blz 98 + 99

Slide 9 - Diapositive

11.3 Variabele weerstanden
Hoe werken de volgende weerstanden:
  • NTC
  • LDR
  • Schuifweerstand

Slide 10 - Diapositive

NTC
Temperatuurafhankelijke weerstand

Temperatuur omhoog = weerstand omlaag

Wordt gebruikt als temperatuursensor

Slide 11 - Diapositive

LDR
Lichtgevoelige weerstand

In het donker is de weerstand hoog --> weinig stroom

Wordt gebruikt als een lichtsensor





Slide 12 - Diapositive

Variabele weerstand
Weerstand die je in kan stellen.

Hiermee bepaal je de stroomsterkte 

Zit bijvoorbeeld in een dimmer of mengpaneel (schuifjes)

Slide 13 - Diapositive

Aan de slag
Wat? Opdracht 1 t/m 14
Waar? 108 t/m 118


Weerstand = Spanning : stroomsterkte

Slide 14 - Diapositive

11.4 Schakelen met magneten
Vandaag:
  • Automatische schakelingen
  • Elektromagneet
  • Werking van een relais
  • Maakcontact, breekcontact en Reedcontact. 

Slide 15 - Diapositive

Automatische schakelaar
Sensor
Verwerker
Actuator

Slide 16 - Diapositive

Sensor
- Zorgt ervoor dat de automatische schakelaar 'weet' wat er gebeurd.
- Rookmelder; constant meten of er rook aanwezig is.
- LDR en NTC zijn voorbeelden van sensoren. 

Slide 17 - Diapositive

Elektromagneten
Een relais is een automatische schakelaar. 
In een relais zijn een elektromagneet. 

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Inschakelen van de relais

Slide 20 - Diapositive

Startmotor

Slide 21 - Diapositive

Sirene aanzetten

Slide 22 - Diapositive

Reedcontact

Slide 23 - Diapositive

Aan de slag
Wat?  Opdracht 1 t/m 18 (veel meerkeuze vragen) 
Waar? Bladzijde 

Slide 24 - Diapositive