Hoofdstuk 2 RB2

D of T?
Hij heeft het overleef.....
A
overleeft
B
overleefd
1 / 22
suivant
Slide 1: Quiz
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

Éléments de cette leçon

D of T?
Hij heeft het overleef.....
A
overleeft
B
overleefd

Slide 1 - Quiz

d of t
plaa_
A
d
B
t

Slide 2 - Quiz

D of T ?

Bob heeft mijn zus versier...
A
versiert
B
versierd
C
versierdt

Slide 3 - Quiz

D of T?
Hij herhaal... het antwoord.
A
herhaalt
B
herhaald

Slide 4 - Quiz

D of T?
geschuil..
A
geschuild
B
geschuilt

Slide 5 - Quiz

d of t
maak het woord af
hon_
A
d
B
t

Slide 6 - Quiz

D of T? ??

Bob heeft de brief van mijn zus beantwoor...
A
beantwoort
B
beantwoord

Slide 7 - Quiz

D of T?
Hij heeft het overleef.....
A
overleeft
B
overleefd

Slide 8 - Quiz

Sleep de woorden met een korte klank naar kolom 1.
Sleep de woorden met een lange klank naar kolom 2.
Boter
Botter
Duur
Grappen
Dakterras
Minuut
Teksten
Najaar
Anderen

Slide 9 - Question de remorquage

Sleep de woorden met een korte klank naar kolom 1.
Sleep de woorden met een lange klank naar kolom 2.
Boter
Botter
Duur
Grappen
Dakterras
Minuut
Teksten
Najaar
Anderen

Slide 10 - Question de remorquage

Welkom allemaal 

Slide 11 - Diapositive

het recept is heel... (eenvoudige) om te maken, hoor!

Slide 12 - Question ouverte

Vorige week heeft Romme de ouders van zijn vriendin ... ( ontmoeting)

Slide 13 - Question ouverte

Heb jij de verhalen echt helemaal zelf ... ( verzinnen)

Slide 14 - Question ouverte

na een lange rit ben ik eindelijk gearriveerd.
(wat is de persoonsvorm)
A
na
B
rit
C
ik
D
ben

Slide 15 - Quiz

Enkele leerlingen werden door de docent weggestuurd.
(persoonsvorm)
A
leerlingen
B
werden
C
weggestuurd
D
door

Slide 16 - Quiz

Wil jij in de vakantie graag spaghetti eten?
A
jij
B
wil
C
vakantie
D
eten

Slide 17 - Quiz

ik heb een vrien.
vul in d of t
A
d
B
t

Slide 18 - Quiz

hij woont aan de andere kan(.) van Nederland
A
t
B
d

Slide 19 - Quiz

Dit jaar bedacht Dave een goe (.) plan.
A
d
B
t

Slide 20 - Quiz

Korte Klank
Lange klank
bel
Brood
Lust
Paard
Rekt
Steel
Duurt
Snik

Slide 21 - Question de remorquage

Hoe kan een schrijver laten zien waar in de tekst de nieuwe alinea begint?

Slide 22 - Question ouverte