Woordenboekles BK2 Engels - Nederlands - 2

Woordenboek
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Woordenboek

Slide 1 - Diapositive

Hoe gebruik je een woordenboek? 
Tips:
  • De woorden staan op alfabetische volgorde.
  • Gebruik de gidswoorden boven aan. Deze geven het 1e woord en het laatste woord van die pagina aan en helpen je beter zoeken naar het woord. 
  • Bedenk welke vertaling het meest logisch in de zin is.
  • Zoek naar de stam van het woord.

Slide 2 - Diapositive

* Zorg dat je altijd de titel begrijpt, dus als je daar woorden niet van kent, zoek ze op!

* Zoek niet elk woord in de tekst op dat je niet kent, dat kost veel te veel tijd. Vaak kun je een zin of tekst echt wel begrijpen zonder dat je alle woorden precies kent.
 

Slide 3 - Diapositive

consult - construct - consider
consumer - constraint - connect
A
Z
consult
construct
consider
consumer
constraint
connect

Slide 4 - Question de remorquage

zoek de betekenis op van het woord
massively

Slide 5 - Question ouverte

zoek de betekenis op van het woord
to provide

Slide 6 - Question ouverte

zoek de betekenis op van
entrepeneur

Slide 7 - Question ouverte

Which meaning to choose?
Sometimes, a word has several meanings. 
Can you find at least two meanings to the 
following words in your dictionary?

Slide 8 - Diapositive

right

Slide 9 - Question ouverte

kind

Slide 10 - Question ouverte

bat

Slide 11 - Question ouverte

I know how to look up words in a dictionary
😒🙁😐🙂😃

Slide 12 - Sondage

Slide 13 - Diapositive