Lesweek 5 les 2

1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
MarktonderzoekMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactif et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
Je berekent zelf de nauwkeurigheidsmarge. 
Je berekent het percentage van minimale en maximale bezit. 


Slide 2 - Diapositive

Nauwkeurigheidsmarge
De nauwkeurigheidsmarge (m) geeft aan hoeveel de uitkomsten van de steekproef mogen verschillen van een meting in de totale onderzoekspopulatie. 


Slide 3 - Diapositive

Nauwkeurigheidsmarge
Je kunt ook zelf de nauwkeurigheidsmarge berekenen. Om dit te kunnen berekenen heb je de volgende gegevens nodig:
z-waarde x standaardfout

Slide 4 - Diapositive

Nauwkeurigheidsmarge
Er wordt een steekproef gehouden onder 400 bezoekers van een evenement. Hiervan blijkt 20% met de eigen auto te zijn gekomen. De betrouwbaarheid is 95,4% (z-waarde :2)

Bereken de nauwkeurigheidsmarge.
 

Slide 5 - Diapositive

Nauwkeurigheidsmarge
Eerst standaardfout berekenen:
Wortel uit: 20 x 80 : 400 = 2
 
Nauwkeurigheidsmarge is z-waarde x standaardfout 
Z-waarde is 2
2 x 2 = 4%

Slide 6 - Diapositive

Nauwkeurigheidsmarge
Uit een steekproef onder 750 consumenten blijkt dat 30% chocoladepasta lekker vindt. De gewenste betrouwbaarheid is 90% (Z-waarde = 1,65).

 

Wat is de nauwkeurigheidsmarge bij dit onderzoek?
Noteer je antwoord in procenten en rond af op een decimaal.

Slide 7 - Diapositive

Uit een steekproef onder 750 consumenten blijkt dat 30% chocoladepasta lekker vindt. De gewenste betrouwbaarheid is 90% (Z-waarde = 1,65).
Wat is de nauwkeurigheidsmarge bij dit onderzoek?
Noteer je antwoord in procenten en rond af op een decimaal.

Slide 8 - Question ouverte

Percentage minimaal en maximaal bezit
Je kunt ook vanuit het nauwkeurigheidsmarge naar de totale populatie het daadwerkelijk bezit berekenen dat minimaal of maximaal in bezit is. Hiervoor gebruik je de volgende formule:
Minimaal: Percentage (van bezit) - nauwkeurigheidsmarge = % x totale populatie
Maximaal: Percentage (van bezit) + nauwkeurigheidsmarge = % x totale populatie

Slide 9 - Diapositive

Percentage minimaal bezit
Minimaal: Percentage (van bezit) - nauwkeurigheidsmarge = % x totale populatie

Uit een steekproefonderzoek onder 3.500 mbo studenten blijkt dat 10% van hen in het bezit is van een rijbewijs. De nauwkeurigheidsmarge is berekend op plus en min 3%. De totale populatie bestaat uit 490.000 mbo-studenten.


Hoeveel mbo-studenten zijn er minimaal in het bezit van een rijbewijs?

Slide 10 - Diapositive

Percentage minimaal bezit
Percentage van bezit: 10%
Nauwkeurigheidsmarge : 3%
10 – 3 = 7% x 490.000 (populatie) = 34.300

Slide 11 - Diapositive

Percentage maximaal bezit
Maximaal: Percentage (van bezit) + nauwkeurigheidsmarge = % x totale populatie

Uit een steekproefonderzoek onder 2.500 huishoudens blijkt dat 8% van de huishoudens een jacuzzi heeft. De nauwkeurigheidsmarge is plus en min 2%. Nederland telt in totaal 8.400.000 huishoudens.

Hoeveel huishoudens bezitten maximaal in werkelijkheid een jacuzzi?

Slide 12 - Diapositive

Percentage maximaal bezit
Percentage van bezit : 8%
Nauwkeurigheidsmarge : 2%
8% + 2%  = 10% x 8.400.000 = 840.000

Slide 13 - Diapositive

Verwerken
Opdrachten maken om te oefenen. 

Slide 14 - Diapositive