BSM 2.1 Communicatie

Bewegen, sport en maatschappij
2.1 communicatie 
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
Lichamelijke opvoedingMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Bewegen, sport en maatschappij
2.1 communicatie 

Slide 1 - Diapositive

Communicatie 
= het uitwisselen van informatie 
Verbale communicatie = via taal 
Non verbale communicatie = niet talig

Slide 2 - Diapositive

Stemgebruik
Lichaamshouding 
Kleding 
Gebarentaal 
E-mail
Gesprek 
Verbale communicatie 
Non verbale communicatie 

Slide 3 - Question de remorquage

Slide 4 - Vidéo

Noem in welke fase van groepsvorming de groepsleden vertrouwen in elkaar krijgen?
A
Storming
B
Norming
C
Performing
D
Forming

Slide 5 - Quiz

Schrijf een goed onderbouwd advies aan mentoren van de brugklas over activiteiten die ze zouden moeten doen met nieuwe brugklassers?

Slide 6 - Question ouverte

Leiderschapsstijlen
  1. Autoritaire leider
  2. Consulterende leider
  3. Democratische leider
  4. Laissez faire leidinggeven

5 minuten de tijd om de leiderschapsstijlen op te zoeken en door te lezen. 

Slide 7 - Diapositive

Wat voor leider is deze leider?
A
Democratische
B
Consulterende
C
Autoritaire
D
Laissez faire

Slide 8 - Quiz

Wat voor soort leider is een basketbalcoach die samen met zijn assistenten (die een analyse van de tegenstander hebben gemaakt) een wedstrijdplan maakt? Vul in ............. leider.

Slide 9 - Question ouverte

Bewegen, sport en maatschappij
2.2 Het begeleiden van bewegingsactiviteiten

Slide 10 - Diapositive

Instructeur, coach of trainer 
Een instructeur is iemand die lesgeeft in een bepaalde vaardigheid.

Een coach is een persoon die zich, naast de puur sportieve prestaties, ook bezighoudt als begeleider van de sporter op geestelijk en emotioneel gebied, gerelateerd aan de sportactiviteiten.

Een trainer daarentegen is vooral gericht op het verbeteren van de fysieke prestaties en veel minder op geestelijke en emotionele ondersteuning gerelateerd aan de prestatie.

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Vervolgens ontdek je dat tennis toch moeilijker is dan je dacht. Je komt erachter wat er allemaal bij komt kijken en hoeveel oefening ervoor nodig is. Soms heb je dan het idee dat het je nooit gaat lukken. Je bent dan.........
A
Bewust onbekwaam
B
Bewust bekwaam
C
Onbewust bekwaam
D
Onbewust onbekwam

Slide 13 - Quiz

Inhoudelijke en procesmatige coaching
Inhoudelijke coaching is gericht op het aanleren van bekwaamheden. Bijvoorbeeld: een oud-voetballer leert een team voetballen.
Procesmatige coaching is meer gericht op het adviseren hoe de sporter(s) om moet(en) gaan met bijvoorbeeld winnen en verliezen of met intimiderende tegenstanders.

Slide 14 - Diapositive

Scheidsrechter: ordelijk en eerlijk verlopen wedstrijd.
Spelleider: heeft naast zijn scheidsrechter taken ook nog de taak van stimuleren en begeleiden. Denk aan een spelleider bij een sportdag.
Juryleden: expert in een bepaald sportgebied en is verantwoordelijk voor het beoordelen van vaardigheden.


Slide 15 - Diapositive

Wat heb je allemaal geleerd deze les?

Slide 16 - Carte mentale

Dit zijn?
A
Toeschouwers
B
Scheidsrechters
C
Juryleden
D
Spelleiders

Slide 17 - Quiz

Bedankt voor jullie aandacht 

Slide 18 - Diapositive