H9 Formules

H9

F
O
R
M
U
L
E
S
1 / 39
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

Cette leçon contient 39 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

H9

F
O
R
M
U
L
E
S

Slide 1 - Diapositive

Uitleg paragraaf 9.1
Tabellen en formules

Slide 2 - Diapositive

Tijd voor een feestje!
Daar hoort een uitnodiging bij...

kosten in € = 2,50 + 0,75 x aantal kaarten       woordformule

aantal kaarten + kosten in €    -->    verandert steeds
2,50 = vast bedrag / begingetal
0,75 = stijggetal

Slide 3 - Diapositive

Tijd voor een feestje!
Daar hoort een uitnodiging bij...
kosten in € = 2,50 + 0,75 x aantal kaarten       

vul de tabel in: 

2,50
10,00
17,50
25,00
32,50
40,00

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Leg uit wat de formule betekent:


kosten in euro's = 1,85 + 1,10 x aantal kaarten 

Slide 6 - Question ouverte

Online opdrachten 9.1

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Uitleg paragraaf 9.2
formules

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

€16,43
€13,70

Slide 11 - Diapositive

Neem formule D.
Vul voor de tijd in maanden 12 in.
Wat is de lengte?
A
55
B
3
C
91
D
70

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Uitleg paragraaf 9.3
Tabel bij een formule

Slide 15 - Diapositive

€22,50
€48,75

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

12

Slide 18 - Diapositive

12
13,50

Slide 19 - Diapositive

Uitleg paragraaf 9.4
Tabel en grafiek

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Uitleg paragraaf 9.5
Grafiek en formule

Slide 26 - Diapositive

Formule maken
Stap 1: woord verticale as 
Stap 2: = teken 
Stap 3: begingetal 
Stap 4: + of - 
Stap 5: stijggetal of daalgetal
Stap 6: x woord horizontale as
hoogte in cm = 10 + 5 x tijd in weken

Slide 27 - Diapositive

Even oefenen:
a. Waar gaat de grafiek hiernaast over?
b. Wat is het begingetal van de grafiek?
c. Hoeveel euro komt er per uur bij?
d. Wat is het stijggetal,
dat bij de grafiek hoort?


 
 









aantal
240









aantal







Slide 28 - Diapositive

Antwoorden: 
a. Waar gaat de grafiek hiernaast over? 
    Over de verdiensten van Ralf.
b. Wat is het begingetal van de grafiek? Het begingetal is 5.
c. Hoeveel euro komt er per uur bij? Per uur komt er €3 bij 
d. Wat is het stijggetal, dat bij de grafiek hoort? 
    Stijggetal dat bij de grafiek hoort is 3.


 
 









aantal
240









aantal







Slide 29 - Diapositive

Formule maken bij de grafiek

Maak de formule bij de grafiek. 

 
 









aantal
240









aantal







hoogte in cm = 30 - 7,5 x tijd in uren

Slide 30 - Diapositive

Wat ga je deze les doen?
1. Klassikale uitleg paragraaf 9.4.
2. Maak les 1 t/m 4 van de studiewijzer
3. Ben je klaar? Dan ga je nakijken + verbeteren. 
4. Alles af = LEREN VOOR HET SO van woensdag!!
timer
20:00

Slide 31 - Diapositive

Opdracht 38 (blz. 136)
a. Waar gaat de grafiek hiernaast over?
b. Wat is het begingetal van de grafiek?
c. Hoeveel kilometer gaat er per dag af?
d. Wat is het daalgetal dat 
    bij de grafiek hoort?


 
 









aantal
240









aantal







timer
2:00

Slide 32 - Diapositive

Opdracht 38 (blz. 136)
a. Waar gaat de grafiek hiernaast over? 
    De afstand tijdens de fietsvierdaagse.
b. Wat is het begingetal van de grafiek? 600 km
c. Hoeveel kilometer gaat er per dag af? 150 km
d. Wat is het daalgetal dat bij de grafiek hoort? 150


 
 









aantal
240









aantal







Slide 33 - Diapositive

Wat gaan we deze les doen:
  1. Klassikale uitleg
          * Herhalen paragraaf 9.4 (blz. 141).
          * Uitleg paragraaf 9.5 (blz. 143).
  2. Zelfstandig: maak les 4 + 6 van de studiewijzer. 
  3. Klaar: alles nakijken + verbeteren + maak les 7. 
  4. Klaar: schrift aan de docent laten zien en vragen wat je nu mag gaan doen. 

Slide 34 - Diapositive

Uitleg paragraaf 9.4 herhaling
Formules maken bij een grafiek

Slide 35 - Diapositive

Maak de formule bij de grafiek. 
aantal liters = 4000 - 1000 x tijd in uren

Slide 36 - Diapositive

Maak de formule bij de grafiek. 
gewicht in kg = 0,5 + 0,5 x leeftijd in weken

Slide 37 - Diapositive

Maak de formule bij de grafiek. 
gewicht in g = 80 + 24 l

Slide 38 - Diapositive

Extra oefenen voor het PW
Oefenen hoofdstuk 9

Slide 39 - Diapositive