Spreekwoorden en uitdrukkingen

Welkom MYP2
Nederlands - periode 4
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Welkom MYP2
Nederlands - periode 4

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen
- Je kunt uitleggen wat spreekwoorden en uitdrukkingen zijn
- Je kunt de betekenis van een spreekwoord raden door je de situatie en de context voor te stellen
- Je onderzoekt spreekwoorden en uitdrukkingen uit het Nederlands én andere taalgebieden
- Je kunt spreekwoorden en uitdrukkingen opzoeken als je ze niet kent

Slide 2 - Diapositive

Module 4 - MYP2 
Statement of inquiry 
The meaning of language and words is connected to the the historic development of civilizations and cultures.

De betekenis van taal en woorden komt voort uit historische ontwikkeling van beschavingen en culturen.

Slide 3 - Diapositive

Leerdoel unit 4
Leerlingen ontdekken hoe taal voorkomt uit de geschiedenis, hoe taal en woorden zich ontwikkelen en hoe de keuze van woorden anderen kan beïnvloeden. Leerlingen leren hun woordenschat uit te breiden door woordraadstrategieën, etymology en door het herkennen van frames, metaforen en vaste uitdrukkingen.

Slide 4 - Diapositive

Inhoud van deze unit
  • introduction to the history of language and culture 
  • word guessing strategies and etymologie 
  • what is framing? What role does language play in framing? 
  • workshop with Mr. Van Kersbergen what are metaphors? How can you create a metaphor? 
  • exercise around framing & metaphor-assignment 
  • read a fictional work (agreed by the teacher) and make an assignment

Slide 5 - Diapositive

Komen de muren al op jullie af?

Slide 6 - Diapositive

Welke spreekwoorden ken jij?

Slide 7 - Carte mentale

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Spreekwoord
  • Een spreekwoord is onveranderlijk. Je gebruikt dus altijd dezelfde woorden in dezelfde volgorde. 
  • Een spreekwoord is bovendien altijd een mededeling, geen vraag. 
  • Meestal is een spreekwoord een algemene levenswijsheid. Het zou op een tegeltje kunnen staan. 
  • Voorbeelden van spreekwoorden zijn: ‘Na regen komt zonneschijn’, ‘Boontje komt om zijn loontje’ en ‘Oost west, thuis best.’

Slide 11 - Diapositive

Spreekwoorden

Slide 12 - Diapositive

Uitdrukking 

  • Je kan een uitdrukking veranderen van woordvolgorde, 
  • Bijvoorbeeld: 'er als de kippen bij zijn' kun je veranderen in --> Zij zijn er altijd als de kippen bij als het gratis is.

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Herkomst?
  • Veel spreekwoorden werden voor het eerst gebruikt door de Romeinen
  • De Bijbel had een grote invloed op de verspreiding van spreekwoorden
  • Latijnse wijsheden uit de Middeleeuwen
  • Later ook door Nederlandse gebruiken

Slide 15 - Diapositive

Nederland kent veel spreekwoorden met water. Waar gaan veel spreekwoorden die jij kent over?

Slide 16 - Carte mentale

Zie jij al water branden?

Slide 17 - Diapositive

Welke spreekwoorden ken jij uit jouw eerste taal?

Slide 18 - Carte mentale

Een spreekwoord is onveranderlijk. Je gebruikt dus altijd dezelfde woorden in dezelfde volgorde.
A
waar
B
niet waar

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Diapositive

Huiswerk: welke drie spreekwoorden/uitdrukkingen heb je gevonden?

Slide 21 - Question ouverte

Slide 22 - Vidéo

Aan de slag:
Werk verder aan je opdracht. 
Wil je extra info bij de vragen over de spreekwoorden? 

Kijk dan op de volgende pagina!

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Lien

Slide 25 - Lien

Welke uitdrukking ga jij nooit meer vergeten?

Slide 26 - Carte mentale