dag 3

Woorden

Thema 13:  Vriendschap

echt

• dat is waar
• helemaal, niet iets anders
• zin: De oudste vrouw van Nederland is 110 jaar. Dat is echt waar! 
• zin: De ring is van echt goud.

15

eerlijk

• het is geen smoesje, het is echt waar
• niet liegen / niet fake
• alle mensen krijgen hetzelfde
• zin:  Ik verdeel het brood eerlijk.

16

elkaar

• samen
• Omar en Anne kijken naar elkaar. Omar kijkt naar Anne en Anne kijkt naar Omar.
• zin: We praten met elkaar over de nieuwe woorden.

17

gek

• raar; niet normaal
• gek zijn op = heel leuk of lief vinden
• te gek = heel leuk
• zin: Hij praat met bomen. Dat vind ik heel gek. 

18

genoeg

• genoeg <---> te weinig
• zin: Ik hoef niks meer te eten, ik heb genoeg gehad.
• zin: Ik heb niet genoeg geld bij me. Kan ik van jou wat lenen? 

T9

het gesprek

• een persoon praat met een andere persoon
• in gesprek gaan = iemand is bezig met praten, bijvoorbeeld aan de telefoon
• zin: Ik heb vanmiddag een gesprek met de docent. 

20

gewoon

• normaal
• zin: Schoenen uitdoen in huis, is voor veel mensen heel gewoon. 

21

Het is ............... waar. Ik lieg niet.
Ik ben ................

15/16

1. echt gesprek
2. echt eerlijk
3. eerlijk echt
4. aardig echt

Ik heb een ............... met mijn vriend.
We gaan met .............. fietsen.

17

1. elkaar gesprek
2. eerlijk elkaar
3. gesprek elkaar
4. gesprek echt

16

Wat is eerlijk?

Hij en ik zijn ............... klaar.
Heb jij ................ eten?

15/19

1. gek eerlijk
2. echt genoeg
3. eerlijk genoeg
4. echt eerlijk

Maak een zin.
Werkwoord: willen
jij / gespek

20

17/20

Wat hoort bij elkaar?

gesprek

elkaar

Ik heb het ........... gedaan.
Het is heel ................. hier.

21/22

1. goed gewoon
2. gewoon gezellig
3. gewoon goed
4. goed gezellig