Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
blok 3 - les 2
blok 3 - les 2
1 / 32
suivant
Slide 1:
Diapositive
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Cette leçon contient
32 diapositives
, avec
quiz interactifs
,
diapositives de texte
et
1 vidéo
.
La durée de la leçon est:
60 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
blok 3 - les 2
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Vidéo
Slide 4 - Diapositive
Pouvoir kan 2 betekenissen in het Nederlands hebben, welke?
A
willen, kunnen
B
kunnen, mogen
Slide 5 - Quiz
je (pouvoir)
A
peut
B
peux
Slide 6 - Quiz
elles ___ (pouvoir)
A
pouvent
B
peuvent
Slide 7 - Quiz
nous ___ (pouvoir)
A
pouvons
B
pouvez
Slide 8 - Quiz
u kan
A
vous pouvez
B
on peut
Slide 9 - Quiz
vertaal: Mag ik televisie kijken?
A
Je veux regarder la télé?
B
Je peux regarder la télé?
C
Je peux regarde la télé?
Slide 10 - Quiz
On.... avoir le code wifi? (pouvoir)
A
peut
B
peux
C
pouvez
Slide 11 - Quiz
Evi et Kyara...... apprendre le français (pouvoir)
A
pouvons
B
peut
C
peuvent
Slide 12 - Quiz
Hoe gebruik je pouvoir in de passé composé?
A
vorm van être + pu
B
vorm van être + pouvu
C
vorm van avoir + pu
D
vorm van avoir + pouvu
Slide 13 - Quiz
nous (pouvoir) passé composé
A
avoir pu
B
avons pu
C
êtes pu
Slide 14 - Quiz
ils (pouvoir, passé composé)
A
a pu
B
avez pu
C
ont pu
Slide 15 - Quiz
Bezittelijk voornaamwoord
Zegt wat over van wie iets is
Vorm bepaalt door het woord erna (niet wie het zegt)
Mannelijk, vrouwelijk, mv
Slide 16 - Diapositive
Hoe vertaal je het bezittelijk vnw?
(haar) petit frère
A
son
B
sa
C
ses
Slide 17 - Quiz
Hoe vertaal je het bezittelijk vnw?
(jouw) parents
A
ton
B
ta
C
tes
Slide 18 - Quiz
Al mijn antwoorden zijn juist ! =
Toutes ...................... réponses sont correctes !
A
mon
B
mes
C
ma
Slide 19 - Quiz
Haar kinderen werken in Lille. =
.............. enfants travaillent à Lille
A
sa
B
son
C
ses
Slide 20 - Quiz
Hun oma heet Marie =
............. grand-mère s'appelle Marie
A
votre
B
leurs
C
leur
Slide 21 - Quiz
Is dat uw hond ? = C'est
......... chien ?
A
vos
B
nos
C
votre
Slide 22 - Quiz
Jouw huis is mooi ! = ............ maison est belle !
A
ton
B
ta
C
tes
Slide 23 - Quiz
Haar zoon woont in Parijs = .............. fils habite à Paris
A
son
B
sa
C
ta
Slide 24 - Quiz
Dat is zijn zus = C'est ............. soeur
A
son
B
ton
C
sa
Slide 25 - Quiz
Les heures
Tellen tot 11
12 uur middag / avond
half
min
Slide 26 - Diapositive
Hoe zeg je in het Frans:
'Het is...' als je een kloktijd wilt zeggen
A
Il est...heure(s)
B
C'est ....heure(s)
C
L'heure est....
Slide 27 - Quiz
Il est midi et demi
A
Het is half 1 's middags
B
Het is half 1 's nachts
C
Het is half 12 's middags
Slide 28 - Quiz
s'endormir= gaan slapen
Slide 29 - Diapositive
A
om 10 voor 12 in de nacht
B
Om kwart voor 12 in de nacht
C
om 5 voor 12 in de nacht
Slide 30 - Quiz
part=vertrekt
à destination= op bestemming
Slide 31 - Diapositive
A
om kwart over 4
B
om kwart voor 4
C
om 4 uur
Slide 32 - Quiz
Plus de leçons comme celle-ci
Bezittelijk vnw
Mars 2024
- Leçon avec
12 diapositives
Frans
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-3
Les 5
Décembre 2023
- Leçon avec
28 diapositives
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
les 2
Octobre 2023
- Leçon avec
23 diapositives
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
le pronom possessif (bezittelijk voornaamwoord)
Décembre 2023
- Leçon avec
24 diapositives
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
vendredi 21 mai
Mai 2021
- Leçon avec
22 diapositives
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Bezittelijk vnw
Octobre 2023
- Leçon avec
24 diapositives
Herhaling unité 2 Havo 2
il y a 19 jours
- Leçon avec
25 diapositives
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
les 5 - 8 april 2024
Avril 2024
- Leçon avec
30 diapositives
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5