Spelling, les 11, beide of beiden en tussenletters meervoud
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 2
Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Beide of beiden?
... winkels gingen in dezelfde maand failliet.
A
Beide
B
Beiden
Slide 4 - Quiz
Beide of beiden?
Mijn twee zussen zitten ……(beide) op hockey.
Slide 5 - Question ouverte
Beide of beiden?
Meron en Rashid zijn ... aanwezig bij de praktijklessen.
A
Beide
B
Beiden
Slide 6 - Quiz
Beide of beiden?
Dezelfde regels gelden bij het kiezen tussen sommige of sommigen.
gebruikt
Slide 7 - Diapositive
Tussenletters
in
samenstellingen
Slide 8 - Diapositive
Samenstellingen met tussen -s
Wanneer schrijf je een tussen -s?
GEEN regel --> als je hem hoort, dan schrijf je hem ook
kok + muts --> koksmuts
Station + straat --> Stationsstraat
Bij stationsstraat hoor je de extra 's' niet, omdat straat ook met een s begint. Wat je dan het beste kan doen, is het tweede deel veranderen, bijvoorbeeld in 'weg'. --> stationsweg.
Dan schrijf je hem in een andere samenstelling ook
Slide 9 - Diapositive
Tussen-n in samenstellingen
Konijnenhok of konijnehok?
Bessenjam of bessejam?
Berengoed of beregoed?
Groentensoep of groentesoep?
Slide 10 - Diapositive
Tussenletter in samenstellingen
Slide 11 - Diapositive
Géén tussen-n in samenstellingen
Uitzonderingen:
Als het eerste deel iets unieks is
Als het eerste deel geen meervoud heeft
Als het eerste deel een versterkend woord is (reuzegoed, stekeblind)
Als de samenstelling een versteende uitdrukking is