H2 - Periode 3 - H5 Clase 3 - KHE




Qué bonito Clase 3



1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon




Qué bonito Clase 3



Slide 1 - Diapositive

El programa 
Tres minutos: Introducción
Dos minutos: ¿Qué día es hoy? ¿Y qué mes?
Diez minutos: comprobar los deberes
Diez minutos: Vocabulario 5.1 y 5.2
Quince minutos: Ser, estar y hay
Quince minutos: aanwijzende voornaamwoorden
Diez minutos: Evaluar + los deberes

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen van dit hoofdstuk :
- je leert praten, luisteren, lezen en schrijven over winkelen, kleding, mode, cadeaus, verjaardagen
- je leert vertellen/vragen wanneer iets is, voor wie iets is en waar iets is
- je leert het verschil in gebruik van 'hay', 'ser' en 'estar' 
- je leert de getallen t/m een miljoen
- je leert de aanwijzend voornaamwoorden
- je leert de dagen, maanden en jaren
- je leert/ herhaalt de vraagwoorden
- je leert/ herhaalt de uitspraak van de v, j, g
- je herhaalt de regelmatige ww en de onregelmatige ww
- je herhaalt de kleuren en andere bijvoeglijk naamwoorden 





Slide 3 - Diapositive




¿Que día es el primer día del fin de semana?

Slide 4 - Diapositive



¿Qué mes es el cumpleaños de Evi?

Slide 5 - Diapositive

Comprobar los deberes (10 minutos)
1) Voor in het lokaal zijn antwoordbladen te vinden met opdracht 12abc en 13c. 
2) per tweetal pak je één blad. 
3) je kijkt je eigen opdrachten na.
4) zoek op in je vocabulaire/grammatica/tekstboek wat de regels zijn van de fouten antwoorden. 


Eerder klaar? 
Leer voca 5.1 & 5.2
timer
10:00

Slide 6 - Diapositive

dictee 5.1 & 5.2

Slide 7 - Diapositive


15 min: Ser, estar, hay
1) Kom op je laptop naar de Lessonup
2) Hoeveel weet jij nog van de uitleg van vorige week?

Slide 8 - Diapositive

Welke vraag stel je bij ser?

Slide 9 - Question ouverte

Welke vraag stel je bij estar?

Slide 10 - Question ouverte

Ser
Estar
Hay
Beschrijvingen en vaste eigenschappen
Plaatsaanduidingen
er is/er zijn - met telwoorden / onbepaalde lidwoorden, etc

Slide 11 - Question de remorquage

Mi dormitorio . . . mediano, . . . ni grande ni pequeño
En mi dormitorio . . . un armario muy grande
Ser
Estar
Hay
Mi ordenaror . . . en el escritorio
El dormitorio de mi hermano . . . muy desordenado.
Una pared de mi habitación . . . azul.
. . . . 4 sillas en mi habitación

Slide 12 - Question de remorquage


Ser, estar, hay
- maak opdracht 26 op P. 28 van je vocaboek






Eerder klaar?
Oefen de werkwoorden: estar, ser, llamarse, tener, escribir, hablar & comer in de presente op verbuga.eu

timer
10:00

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive


Me gusta ___________ falda.
A
este
B
esta
C
estos
D
estas

Slide 15 - Quiz

Aanwijzend voornaamwoord:
Verweg --> perros
A
Estos
B
Esos
C
Este
D
Estes

Slide 16 - Quiz

Aanwijzend voornaamwoord:
(deze) perros
A
Estos
B
Este
C
Estas
D
Esta

Slide 17 - Quiz

Aanwijzende voornaamwoorden:

Me gustan ___________ pantalones
A
estos
B
estas
C
este
D
esta

Slide 18 - Quiz

Manos a la obra
- maak opdracht 29A op P. 21 van je vocaboekje

Eerder klaar?
Oefen de werkwoorden: estar, ser, llamarse, tener, escribir, hablar & comer in de presente op verbuga.eu

of 

Voca 5.1 t/m 5.3

Slide 19 - Diapositive

Los deberes
 Estudiar:
• Voca 5.1 t/m 5.3
• Ser, estar, hay
• Aanwijzende voornaamwoorden
• Para
 
Hacer:
• Ej. 26 P. 28 voca
• Ej. 29A P. 21 voca


Slide 20 - Diapositive