Le futur simple chap 3 les 12-01-21

Le futur simple

Par: Michelle Janssen 
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Le futur simple

Par: Michelle Janssen 

Slide 1 - Diapositive

Wanneer gebruik je de futur simple?
A
Om te zeggen dat iets nog gaat gebeuren.
B
Om te zeggen dat iets al is gebeurd.

Slide 2 - Quiz

Tu auras quelles matières?
A
Welke vakken zul je hebben?
B
Welke vakken heb je gehad?

Slide 3 - Quiz

Hoe maak je de futur simple?

Slide 4 - Question ouverte

Noteer de 6 verschillende uitgangen:

Slide 5 - Question ouverte

Bij sommige ww is de stam van de futur onregelmatig:

Slide 6 - Question ouverte

Vertaal: ik zal werken (travailler)

Slide 7 - Question ouverte

Vertaal: wij zullen zingen (chanter)

Slide 8 - Question ouverte

jullie zullen spelen (jouer)

Slide 9 - Question ouverte

Let op!
Bij de werkwoorden op -re vervalt de e:

J'apprendrai --> Ik zal leren 
Wij zullen verkopen (vendre) --> 

Slide 10 - Diapositive

Sleep de juiste stam naar het bijbehorende werkwoord
être
avoir
faire
aller

pouvoir
voir
ser
aur
fer
ir
verr

pourr

Slide 11 - Question de remorquage

Avez-vous encore des questions? Oui --> posez-les. Non --> Faites les exercices 13 & 14 ou apprenez le vocabulaire.

Slide 12 - Carte mentale