13.5 Reageren met behulp van hormonen

13.5 Reageren met behulp van hormonen
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

13.5 Reageren met behulp van hormonen

Slide 1 - Diapositive

Vandaag:
regelkringen:
temperatuurregeling met de schildklier
ADH en waterregulatie
regeling hongergevoel
epo

Slide 2 - Diapositive

Orgaan 1
Orgaan 2
Orgaan 3
Hypothalamus
Hypofyse
Doelwitorgaan

Slide 3 - Question de remorquage

De hypothalamus produceert...
(blauwe pijl)
A
Releasing hormonen (RH)
B
Inhibiting hormonen (IH)
C
Zowel RH als IH
D
Geen van beide

Slide 4 - Quiz

Hoe noemen we het fenomeen dat een hormoon zijn eigen aanmaak remt?

Slide 5 - Question ouverte

Waardoor reageren alleen doelwitcellen op hormonen, en niet alle andere cellen ook?

Slide 6 - Question ouverte

Regelkring TSH
Door kou/psychische belasting/fysieke belasting wordt hypothalamus gestimuleerd en TRH afgegeven. 
Hypofyse gaat TSH afgeven waardoor schildklier T4 en T3 aanmaakt.
T4 moet omgezet worden in T3 door lever. 
T3 bindt aan receptor waardoor glucose- en vetverbranding gestimuleerd wordt. Hierdoor stijgt de kerntemperatuur. 

Slide 7 - Diapositive

Negatieve terugkoppeling
Door een toename van de concentratie T3 geeft de hypothalamus minder TRH af. Hierdoor wordt er minder TSH en dus minder T3 en T4 afgegeven. T3 remt dus zijn eigen productie.
De hypothalamus geeft ook minder TRH af door de verhoging van de kerntemperatuur. 

Slide 8 - Diapositive

TSH-regelkring

Slide 9 - Diapositive

ADH-regelkring
Stijging van osmotische waarde van het bloed en lagere bloeddruk wordt door osmoreceptoren in hypothalamus geregistreerd. Hierdoor wordt er ADH afgegeven door hypofyse en krijg je dorst. ADH zorgt ervoor dat er meer water uit de voorurine wordt gehaald en dat de spieren in bloedvatwanden samentrekken.
Bij een lage bloeddruk maken nieren renine. 

Slide 10 - Diapositive

Renine zet angiotensinogeen uit de lever om in angiotensine I, welke door de longen omgevormd wordt tot angiotensine II.
Angiotensine II stimuleert de afgifte van ADH en de bijnier aan om aldosteron te maken. 
Renine stimuleert ook de kamersystole en laat de spieren van de bloedvatwanden samentrekken. Hierdoor stijgt de bloeddruk.

Slide 11 - Diapositive

ADH

Slide 12 - Diapositive

honger
ghreline hormoon aangemaakt door de maag stimuleert het eetcentrum.
insuline, leptine en verzadingscentrum remmen het eetcentrum, waardoor je een verzadigd gevoel krijgt.

Slide 13 - Diapositive

epo

Slide 14 - Diapositive

Wat zijn de doelwitweefsels van TRH, TSH en T3?

Slide 15 - Question ouverte

Op welke twee manieren is er een terugkoppeling op de afgegeven hoeveelheid T3?

Slide 16 - Question ouverte

Bij een watertekort registreren de … in de hypothalamus een daling in de bloeddruk. Signalen gaan naar de … die via de …. ADH afgeeft. In het bloed komt ook een tweede hormoon, …. Beide hormonen laten de bloedvaten samentrekken.

Slide 17 - Question ouverte

Zelf verder werken
deze paragraaf: 44, 45 en 47 t/m 51
H13 afmaken
Kijk in de studiewijzer welke opdrachten gemaakt moeten worden. 

Slide 18 - Diapositive