4.1.1

• Mens en Natuur
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

4.1 Elektriciteit

Planning

Planning en leerdoelen bespreken.

Wat weet je al?

Spanning en stroomsterkte.

Geleiders en isolatoren.

Zelfstandig werken.

Schakelschema's.

Zelfstandig werken. 

Doelen voor vandaag

Je legt uit wat het verschil is tussen stroomsterkte en spanning is.

Je legt het verschil tussen een geleider en een isolator uit.

Je stelt een schakelschema op in parallel en in serie. 

Stroom, waar denk je aan?

Spanning/ Stoomsterkte

Spanning:
Dit is de pompkracht wat er voor zorgt dat een apparaat werkt.

Stroomsterkte: 

De hoeveelheid elektronen die in een seconde door het draadje heen lopen. 

grootheid	symbool	eenheid	symbool
spanning	U	volt	V
Stroomsterkte	I	Ampère	A

Spannings-bronnen hebben niet allemaal dezelfde spanning.

Spanning U in volt (V)

Stroomsterkte

Hoe meer elektronen door de draad per seconde, hoe hoger de stroomsterkte.

Symbool: I 
Eenheid: ampère (A)
 

Stroomkring

• Gesloten stroomkring:

De elektrische lading kunnen een rondje maken.

• Open stroomkring:

De kring is niet gesloten.

Geleider

Stoffen die makkelijk energie door laten:

Metalen zoals koper, messing, ijzer

Edelmetalen zoals goud en zilver

Koolstof

Water

Isolatoren

Ook wel niet-geleiders genoemd.

Kan geen elektrische stroom doorheen.

Voorbeelden van isolatoren:

• porselein
• rubber
• vetten
• plastics

Het vierkante symbool staat op apparaten die dubbel geïsoleerd zijn; Geïsoleerde draden en geïsoleerde buitenkant .

Dit is verplicht indien er met water gewerkt wordt.

Bijvoorbeeld: koffiezetapparaat buitenkant is plastic

Zelfstandig werken

Wat?  Lees blz. 95/ 96 en maak opgave 1 tot en met 8

Hoe?  Je mag fluisterend overleggen met je buur

Hulp? Boek, buur bureau

Tijd? 10 minuten. 

Uitkomst? Je legt uit wat het verschil is tussen stroomsterkte en spanning is.

                      Je legt het verschil tussen een geleider en een isolator uit.

Klaar? Lees blz. 97

Serieschakeling

Parallelschakeling

Zelfstandig werken

Wat?  Lees blz. 95 - 97 en maak opgave 1 tot en met 13

Hoe?  Je mag fluisterend overleggen met je buur

Hulp? Boek, buur bureau

Tijd? 10 minuten. 

Uitkomst? Je legt uit wat het verschil is tussen stroomsterkte en spanning is.

                      Je legt het verschil tussen een geleider en een isolator uit.

                      Je stelt een schakelschema op in parallel en in serie. 

Klaar? Nakijken.