begrijpend lezen les 1: tekstdoelen en publiekgerichtheid

Nederlands - begrijpend lezen
Les 1 - tekstdoelen en publieksgerichtheid
H/V  1

timer
10:00
We starten met 15 minuten lezen.
1 / 48
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 48 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Nederlands - begrijpend lezen
Les 1 - tekstdoelen en publieksgerichtheid
H/V  1

timer
10:00
We starten met 15 minuten lezen.

Slide 1 - Diapositive

  • Hebben we het blok over fictie afgerond
  • Stand van zaken vlog?
Vorige lessen

Slide 2 - Diapositive

  • Begrijpend lezen
  • Toets blok 1 en 2: november

Start nieuw blok

Slide 3 - Diapositive

  • Tekstdoelen bepalen
  • tekstsoorten kunnen koppelen aan tekstdoelen
  • publiek van een tekst kunnen aangeven

Leerdoelen voor deze les/blok 1

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

Tekstdoelen

Slide 6 - Diapositive

informeren
Tekstdoelen
uitleg geven

Slide 7 - Diapositive

informeren
Tekstdoelen
Tekstdoelen
mening laten vormen
uitleg geven

Slide 8 - Diapositive

informeren
Tekstdoelen
overtuigen
mening laten vormen
uitleg geven

Slide 9 - Diapositive

informeren
Tekstdoelen
mening laten vormen
overtuigen
activeren
amuseren
uitleg geven

Slide 10 - Diapositive

informeren
Tekstdoelen
overtuigen
activeren
uitleg geven
mening laten vormen
amuseren

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Welk tekstdoel werd er afgebeeld?
A
informeren
B
mening laten vormen
C
overtuigen
D
amuseren

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Diapositive

Welk tekstdoel werd er afgebeeld?
A
informeren
B
uitleg geven
C
activeren
D
amuseren

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Diapositive

Welk tekstdoel werd er afgebeeld?
A
amuseren
B
mening laten vormen
C
overtuigen
D
informeren

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Diapositive

Welk tekstdoel werd er afgebeeld?
A
mening laten vormen
B
informeren
C
overtuigen
D
activeren

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Diapositive

Welk tekstdoel werd er afgebeeld?
A
informeren
B
activeren
C
uitleg geven
D
amuseren

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Diapositive

Welk tekstdoel werd er afgebeeld?
A
activeren
B
uitleg geven
C
overtuigen
D
amuseren

Slide 23 - Quiz

Publieksgerichtheid

Slide 24 - Diapositive

Publieksgerichtheid
Onderwerp

Slide 25 - Diapositive

Publieksgerichtheid
Onderwerp
Inhoud

Slide 26 - Diapositive

Publieksgerichtheid
Onderwerp
Inhoud
Taalgebruik

Slide 27 - Diapositive

Publieksgerichtheid
Onderwerp
Inhoud
Taalgebruik
Plaats van publicatie

Slide 28 - Diapositive

Publieksgerichtheid
Onderwerp
Inhoud
Taalgebruik
Plaats van publicatie
Lay-out

Slide 29 - Diapositive

Publieksgerichtheid
Lay-out

Slide 30 - Diapositive

Aan de slag!
Ga naar het boek Op Niveau Blok 1: Lezen en
maak opdracht 44 OF noteer bij de volgende slides steeds tekstdoel, tekstsoort en publieksoort!

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Diapositive

Slide 33 - Diapositive

Wat is het tekstdoel en tekstsoort en voor welk publiek zou de tekst bedoeld zijn?

Slide 34 - Question ouverte

Slide 35 - Diapositive

Wat is het tekstdoel en tekstsoort en voor welk publiek zou de tekst bedoeld zijn?

Slide 36 - Question ouverte

Slide 37 - Diapositive

Wat is het tekstdoel en tekstsoort en voor welk publiek zou de tekst bedoeld zijn?

Slide 38 - Question ouverte

Slide 39 - Diapositive

Wat is het tekstdoel en tekstsoort en voor welk publiek zou de tekst bedoeld zijn?

Slide 40 - Question ouverte

Slide 41 - Diapositive

Wat is het tekstdoel en tekstsoort en voor welk publiek zou de tekst bedoeld zijn?

Slide 42 - Question ouverte

Slide 43 - Diapositive

Wat is het tekstdoel en tekstsoort en voor welk publiek zou de tekst bedoeld zijn?

Slide 44 - Question ouverte

Wat is het verschil tussen een informerende tekst en een uiteenzettende tekst (tekstsoorten).

Slide 45 - Question ouverte

Wat is het verschil tussen overtuigende en opiniërende teksten?

Slide 46 - Question ouverte

Je weet nu de tekstdoelen en tekstsoorten van de teksten bij opdracht 44. Welke tekstvormen
herken je in deze teksten? Gebruik hierbij de voorbeelden uit het schema van de theorie.

Slide 47 - Question ouverte

Bepaal het publiek voor elk van de teksten bij opdracht 44. Gebruik hierbij de drie soorten publiek uit de theorie en de bron van de tekst. De bron is het tijdschrift of de krant waar de tekst uit komt. Leg uit hoe je tot je keuze bent gekomen.

Slide 48 - Question ouverte