4.3 Licht en kleuren zien

4.3 Licht en Kleur
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
W&TMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

4.3 Licht en Kleur

Slide 1 - Diapositive

Nog vragen over 4.1 en 4.2 ?

Slide 2 - Carte mentale

Leerdoelen
Ik kan het verschil tussen een directe- en indirecte lichtbron uitleggen  
Ik kan de kleurensplitsing in een spectrum beschrijven 
Ik kan de verschillen tussen infrarood- en ultraviolette straling benoemen 
Ik kan uitleggen op welke manieren mensen kleuren zien (tijdens deze uitleg gebruik ik de begrippen ‘absorberen en weerkaatsen’) 
Ik kan de werking van lichtbreking uitleggen
Ik kan het verschijnsel fluorescentie in eigen woorden beschrijven 

Slide 3 - Diapositive

Hoe ontstaan de kleuren van een regenboog?
A
De regen verkleurt de wolken.
B
Door het zinlicht krijgen de regendruppeltjes verschillende kleuren.
C
De waterdruppels splitsen het witte licht van de zon in verschillende kleuren licht.
D
Dat komt door de gloed van het houd aan het eind van de regenboog.

Slide 4 - Quiz

Wat is een directe lichtbron?

Slide 5 - Carte mentale

Wat is een indirecte lichtbron?

Slide 6 - Carte mentale

Directe lichtbronnen =
Lamp, zon, tv scherm =
Alles wat zelf licht geeft
Indirecte lichtbronnen =
De maan, mensen, dieren =
Alle voorwerpen die licht weerkaatsen

Slide 7 - Diapositive

Lichtbronnen
  • Directe lichtbron geeft zelf licht
  • Indirecte lichtbron geeft licht door weerkaatsing (bv de maan)

       Zie plaatje:
       1: indirect licht via weerkaatsing tegen  
            plafond
       2: direct licht vanuit lichtbron
       3: indirect licht via weerkaatsing zonlicht 
            door spiegel

Slide 8 - Diapositive

Welke kleuren bezit een regenboog?

Slide 9 - Carte mentale

De kleuren van een regenboog
Rood
Oranje
Geel
Groen
Blauw
Indigo
Violet

Slide 10 - Diapositive

Regenboog
Zo'n kleurenband als in de regenboog heet spectrum. 

Het spectrum heeft altijd dezelfde volgorde. 

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Licht spectrum

Slide 13 - Diapositive

Weerkaatsing en absorptie
Zonlicht bestaat uit verschillende  electromagnetische golven met verschillende golflengtes. Bij elkaar geeft dat de kleur wit. Als een voorwerp alle lichtstralen terugkaatst, zien wij het voorwerp als wit.
Absorbeert een voorwerp alle lichtstralen dan zien wij dat als zwart

Andere kleuren zien wij door welke golflengtes geabsorbeerd en weerkaatst worden. Zo zien wij groen als voorwerpen rood en blauw uit het spectrum absorberen. 

Slide 14 - Diapositive

Wat weet je van infrarode straling?

Slide 15 - Carte mentale

Wat weet je van ultraviolette straling?

Slide 16 - Carte mentale

Slide 17 - Vidéo

Leg in je eigen woorden uit hoe jij een blauw shirt blauw ziet.

Slide 18 - Question ouverte

Hoe zie ik dit shirt blauw?
  1. Wit licht valt op het shirt. Alle kleuren van de regenboog vallen dus op het shirt.
  2. Het shirt absorbeert alle kleuren behalve blauw
  3. De blauwe kleur weerkaats het shirt in jouw ogen

Slide 19 - Diapositive

Nog een keer opnieuw: Leg in eigen woorden uit hoe jij deze groene broek groen ziet.

Slide 20 - Question ouverte

Hoe kunnen we deze witte schoenen wit zien?
Hoe zien we deze zwarte jas zwart?

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Lien

Wat zie je hier?
A
UV-straling
B
Een thermogram
C
Infrarode Straling
D
Absorptie

Slide 23 - Quiz

Hoe ontstaan de kleuren van een regenboog?
A
De regen verkleurt de wolken.
B
Door het zonlicht krijgen de regendruppeltjes verschillende kleuren.
C
De waterdruppels splitsen het witte licht van de zon in verschillende kleuren licht.
D
Dat komt door de gloed van het houd aan het eind van de regenboog.

Slide 24 - Quiz

Huiswerk
Maak alle opdrachten van paragraaf 4.3 uit je werkboek.
Werk Groow bij tot je planning. 

Slide 25 - Diapositive