15.4 Vertraagde beweging

15.4 Eenparig vertraagd
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

15.4 Eenparig vertraagd

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Herhaling
Er zijn drie soorten bewegingen, een versnelde beweging, een constante beweging (inclusief stilstaan) en een vertraagde beweging.

De grootheden met de eenheden zijn afstand (s) in meter, snelheid (v) in meter per seconde, de tijd (t) in seconde en de versnelling (a) in meter per seconde kwadraat.

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Eenparige vertraagde beweging
Een beweging waarvan de snelheid regelmatig langzamer wordt eventueel tot stilstand (dat is de laagste snelheid die mogelijk is).

Voorbeelden:
Uitrijden (gas los of stoppen met trappen), remmen, stoppen, ...

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Eenparige vertraagde beweging

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Berekeningen
De formules die je gebruikt zijn hetzelfde als bij de versnelde beweging.



                                     

Let op, de a is een negatief getal bij een vertraging!
vgem=2vbegin+veind
s=vgemt
a=tveindvbegin

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Berekenen van de versnelling
Noteer de formule en haal de gegevens uit het diagram (de grafiek).

Maak de berekening in je schrift.

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Berekenen van de afstand
Noteer de formule en haal de gegevens uit het diagram (de grafiek)

Maak de berekening in je schrift.
Vergeet de gemiddelde snelheid niet!

Slide 7 - Diapositive

67,5 m
Stoppen
Het stoppen bestaat uit twee delen.

Het eerste gedeelte is het reageren.
Dit is een constante beweging (er wordt nog niet geremd).

Het tweede gedeelte is het remmen.
Dit is een vertraagde beweging tot stilstand.

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stoppen
Een auto rijdt met een snelheid van 72 km/h op de weg. De automobilist ziet een hert de weg oversteken en wil gaan stoppen.
De gegevens kun je uit de grafiek halen.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stoppen 1: Reageren
Wat voor soort beweging is reageren?





Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stoppen 2: remmen
Wat voor soort beweging is remmen?



Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stoppen 3: Stoppen
Het stoppen zelf gaat over de twee afstanden samen.

De stopafstand = reactieafstand + remweg




Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De vertraging
Bereken de vertraging bij het remmen.
Hiervoor heb je de formule nodig en de gegevens kun je uit de grafiek halen.

Maak de som in je schrift en noteer het antwoord op de volgende dia.


Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je ziet hiernaast een
stroboscopische
foto. Wat voor soort beweging
maakt de bal op deze foto?
A
Een constante beweging
B
Een eenparige beweging
C
Een versnelde beweging
D
Een vertraagde beweging

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Vertraagde beweging
Eenparige beweging
Stroboscopische foto
Versnelde beweging

Slide 15 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Met welke formule bereken je gemiddelde snelheid
A
(v)gem=ts
B
Vgem=st
C
s=tv
D
s=vgemt

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de formule om gemiddelde snelheid te berekenen
A
snelheid =afstand : tijd
B
snelheid = tijd : afstand
C
tijd = snelheid x afstand

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat betekent gemiddelde snelheid?
A
Dat het de werkelijke snelheid is op het moment zelf.
B
Dat het een snelheid is die gerekend is over een bepaalde afstand en tijd.

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Henk fietst 40 kilometer in 2,5 uur. Wat was zijn gemiddelde snelheid?
A
16 km/h
B
20 km/h
C
18 km/h
D
14 km/h

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Je fietst 7 km in 0,5 uur. Wat is je gemiddelde snelheid?
A
3,5 km / h
B
3,9 m / s
C
14 km / h
D
iets anders

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Reken de duur (tijd) van de fietstocht uit:

Fietsroute: 24 kilometer lang
Gemiddelde snelheid: 12 kilometer per uur

A
2 uur
B
20 minuten
C
3 uur
D
30 minuten

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Na de start bereikt de TGV (hoge snelheids trein) in 3 minuten een snelheid van 88,3 m/s.

Bereken de gemiddelde snelheid in m/s
A
29,4 m/s
B
264,9 m/s
C
44,2 m/s

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een schaatser sprint de 500 meter in 35 seconden. Was is zijn gemiddelde snelheid in km/h ongeveer?
A
14 km/h
B
51 km/h
C
35 km/h
D
26 km/h

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Je woont 3 km van school, je fietst er 10 minuten over. Wat is je gemiddelde snelheid in km/u ?
A
30 km/u
B
18 km/u
C
Geen idee
D
Ander antwoord

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag!
Maak 15.4 
In stilte
Hulp nodig? Kom even...

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions