9.1 Ongezond

Verdovende middelen - Laten je hersenen trager werken, versuffend. Verminderen pijn, angst. Voorbeeld: alcohol, heroïne, slaapmiddelen, lachgas, hasj, wiet.

Stimulerende middelen - Laten je hersenen sneller werken. Voorbeelden: nicotine, cafeïne, cocaïne, speed, xtc.

Bewustzijn veranderende middelen - Laten je hersenen anders werken. De werkelijkheid beleef je anders. Paddo's , lsd, lachgas, hasj en wiet

1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Verdovende middelen - Laten je hersenen trager werken, versuffend. Verminderen pijn, angst. Voorbeeld: alcohol, heroïne, slaapmiddelen, lachgas, hasj, wiet.

Stimulerende middelen - Laten je hersenen sneller werken. Voorbeelden: nicotine, cafeïne, cocaïne, speed, xtc.

Bewustzijn veranderende middelen - Laten je hersenen anders werken. De werkelijkheid beleef je anders. Paddo's , lsd, lachgas, hasj en wiet

Slide 1 - Diapositive

Paragraaf 9.1 Ongezond
Welke genotsmiddelen ken je?

Slide 2 - Diapositive

Programma
- Uitleg 9.1 Ongezond
- (goed) Nieuws!
- Zelf aan het werk

Slide 3 - Diapositive

Leefstijl
- Zijn al je gewoontes van eten, drinken, roken, slapen, (school)werk, bewegen en ontspannen. 
- Je leefstijl heeft invloed op je gezondheid.

Slide 4 - Diapositive

Leerdoelen 9.1
  • Je kunt uitleggen wat genotmiddelen zijn
  • Je kunt een aantal verslavende genotmiddelen benoemen
  • Je weet wat lichamelijk en geestelijk afhankelijk is
  • Je kent de gevolgen van alcohol en roken

Slide 5 - Diapositive

Verslaving
Wanneer je lichaam niet meer zonder een bepaalde stof kan.

Drank: Alcohol
Sigaretten: Nicotine

Slide 6 - Diapositive

Alcohol
Verdooft je hersenen, daardoor reageer je minder goed. 

Veel en vaak drinken veroorzaakt blijvende schade aan hersenen, lever en andere organen.

Slide 7 - Diapositive

Gevolgen
ever
Cirrose is het onomkeerbare proces waarbij levercellen worden omgezet tot littekenweefsel 

Veel en vaak drinken veroorzaakt blijvende schade aan hersenen, lever en andere organen.

Slide 8 - Diapositive

Ontwenningsverschijnselen

Je begint te zweten
Je begint te trillen
Je kunt koorts krijgen
Je kunt misselijk worden
Je kunt hoofdpijn krijgen

Slide 9 - Diapositive

Afkicken is heel moeilijk
Veel mensen proberen van hun verslaving af te komen.

De ontwenningsverschijnselen zijn erg heftig, je voelt je lichamelijk erg ziek.

Je kan het een beetje vergelijken als je honger hebt. Je bent moe, chagrijnig en hebt continu de behoefte aan eten. Maar dit gevoel heb je dan dagen (soms weken) lang.

Slide 10 - Diapositive

Vape
Een ander vorm van roken is vapen.
Bij vapen inhaleer je de rook van een E-sigaret vloeistof.
In deze vloeistof kunnen  nog veel meer schadelijke stoffen zitten dan in een sigaret. Ook raak je door het roken van e-sigaretten sneller verslaafd aan nicotine

Slide 11 - Diapositive

Gevolgen roken
Nicotine - verslavende stof en vernauwt bloedvaten

Koolstofmonoxide - neemt de plaats van zuurstof in je bloed in, waardoor je cellen minder zuurstof krijgen. Je wordt hierdoor sneller moe.

Teer - beschadigt trilhaartjes in de luchtwegen, maakt longblaasjes kapot (longemfyseem) en verhoogt de kans op longkanker.

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

drugs
lesdoelen:
je weet het verschil tussen softdrugs en harddrugs.
je weet het effect van drugs op je hersenen.
Je weet welk schadelijk effect lachgas heeft.

Slide 14 - Diapositive

Drugs
Drugs stimuleren je hersenen, verdoven je hersenen of laten je hersens anders werken.

Blowen kan je stemming versterken, daardoor kun je je beter of slechter voelen.

Slide 15 - Diapositive

Harddrugs en softdrugs
Drugs kunnen worden opgedeeld in harddrugs en softdrugs

Softdrugs zijn middelen die verslavend werken. Als je het vaak genoeg gebruikt dan is de kans groot verslaafd te raken.

Harddrugs zijn middelen die zeer verslavend werken. Als je het een paar keer hebt gebruikt dan kan je al verslaafd raken.

Slide 16 - Diapositive

Wat is een verslaving?
A
Een verslaving betekent dat je het veel doet
B
Een verslaving betekent dat je gezin het niet leuk vind
C
Een verslaving betekent dat je het wekelijks doet
D
Een verslaving betekent dat je niet meer zonder kan

Slide 17 - Quiz

Wat zijn de gevolgen van roken?
A
Snel verouderde huid
B
Slechtere eicellen of zaadcellen
C
Schade aan hart en bloedvaten
D
Kanker aan longen of mond

Slide 18 - Quiz

Wat zit er allemaal in e-sigaretten? (vapen)
A
Nicotine
B
Smaakstoffen
C
Teer en koolmonoxide
D
Metalen en stikstofverbindingen

Slide 19 - Quiz

Hoe heet de 'verslavende' stof die in een vape zit?
A
Koolstofmonoxide
B
Propyleenglycerol
C
Nicotine
D
Teer

Slide 20 - Quiz

Alcohol wordt vervoerd door het bloed.
Door welk bestanddeel van bloed
wordt alcohol vervoerd?
A
Rode bloedcellen
B
Witte bloedcellen
C
Bloedplaatjes
D
Bloedplasma

Slide 21 - Quiz

Alcohol is eigenlijk ook een drug, want alcohol werkt ook op je zenuwstelsel. Alcohol zorgt dat je ontspant en het verdooft. Bij welke groep hoort alcohol?
A
Stimulerende middelen
B
Verdovende middelen
C
Bewustzijns veranderende middelen

Slide 22 - Quiz