Theater

Welke begrippen over theater weet je nog van oefening 3 in je werkboek?
1 / 10
suivant
Slide 1: Carte mentale
NederlandsSecundair onderwijs

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 20 min

Éléments de cette leçon

Welke begrippen over theater weet je nog van oefening 3 in je werkboek?

Slide 1 - Carte mentale

Verklaar het verschil tussen vlakke of volle karakters.

Slide 2 - Question ouverte

Wat is de functie van de muziek? Duid het foute antwoord aan.
A
De muziek dient als opvulling van de stiltes.
B
De muziek dient om de sfeer te versterken.
C
De muziek is er gewoon zomaar, omdat het leuk klinkt.
D
De muziek dient als overgang tussen verschillende scènes.

Slide 3 - Quiz

Regisseur
Choreograaf
Rekwisiteur (tip:materiaal)
Componist
Scenograaf (tip:omgeving)

Slide 4 - Question de remorquage

Leg in eigen woorden het begrip "regisseur" uit.

Slide 5 - Question ouverte

Leg in eigen woorden het begrip "choreograaf" uit.

Slide 6 - Question ouverte

Leg in eigen woorden het begrip "componist" uit.

Slide 7 - Question ouverte

Leg in eigen woorden het begrip "rekwisiteur" uit.

Slide 8 - Question ouverte

Leg in eigen woorden het begrip "scenograaf" uit.

Slide 9 - Question ouverte

Slide 10 - Diapositive