1GH paragraaf 6.3

Opdracht 29a:
-1 - 6 =....
1 / 14
suivant
Slide 1: Question ouverte
WiskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Opdracht 29a:
-1 - 6 =....

Slide 1 - Question ouverte

Opdracht 29b:
-9 + 4 =....

Slide 2 - Question ouverte

Opdracht 29d:
-4 - 7 =....

Slide 3 - Question ouverte

Even opwarmen
Maak opdracht 32 op bladzijde 22.
Zorg ervoor dat je het juiste teken zet: + of -
Gebruik de getallenlijn van bladzijde 21 als je het lastig vindt.
Hoelang? 3 minuten
timer
3:00

Slide 4 - Diapositive

Sommen + en - met negatieve getallen oplossen met behulp van een getallenlijn
Een temperatuurverschil berekenen.

Slide 5 - Question de remorquage

Goedemiddag 1H
Wat gaan we deze les doen?
-Zelf lesdoel opstellen
-Optellen met negatieve getallen
-Aan de slag

Slide 6 - Diapositive

Lees de titel van paragraaf 6.3 en de theorie op blz. 24. Bekijk de opdrachten op blz. 25.
Wat ga je vandaag leren? Geef antwoord op de vraag met een hele zin, begin met 'ik kan na deze les......'

Slide 7 - Question ouverte

+ sommen met negatieve getallen
Klinkt misschien raar.
Ziet er raar uit.

Maar stiekem weten we hier al het een en ander van. We gaan het bekijken met een paar vragen.

Slide 8 - Diapositive

Je hebt een glas cola staan. In dit glas doe je een ijsklontje. Wat gaat er gebeuren met je cola?

Slide 9 - Question ouverte

Stel: de cola is 5 graden celsius. Met 1 ijsblokje wordt de cola précies 1 graden celsius kouder. Hoeveel graden is de cola dan als je er 1 ijsklontje bij doet?

Slide 10 - Question ouverte

Stel: de cola is 5 graden celsius. Met 1 ijsblokje wordt de cola précies 1 graden celsius kouder. Hoeveel graden is de cola dan als je er 4 ijsklontjes bij doet?

Slide 11 - Question ouverte

+ sommen met negatieve getallen
5 + - 1
5 + -4
Je doet er ijsklontjes (dat is de -1 of -4)
 bij (dat is de +) 
waardoor de temperatuur zakt
ONTHOUDEN: + - wordt uiteindelijk -

Slide 12 - Diapositive

Sommen oplossen
Reken uit: 4 + - 2

1. Verander de + - in -, neem de som over

2. Los de som op (gebruik eventueel getallenlijn)

Slide 13 - Diapositive

Aan de slag
Wat? Opdracht 34, 35, 36, 37 en 38 (blz. 24 en 25)
Waarom? Probeer de regel goed in je hoofd te krijgen, hoe vaak je herhaalt hoe beter de regel in je hoofd komt.
Hoe? Kanaal 1: ik werk zelfstandig
Kanaal 2: ik wil samenwerken
Kanaal 3: ik vind het lastig / wil vragen stellen aan de docent.
Klaar? Kijk de opdrachten na via Magister en maak opdracht 39

Slide 14 - Diapositive