Cette leçon contient 11 diapositives, avec diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Het bepalen van de kernzin van een alinea
Welkom
timer
3:00
Ga rustig zitten.
Pak je boek Ta!ent, schrift en pen.
Slide 1 - Diapositive
§2.3 Lezen (2)
Denk er aan, dit is toetsstof!
Lesdoel:
herhalen wat inleiding, kern en slot van een tekst is
herhalen wat de signaalwoorden bij een opsomming zijn
leren wat de signaalwoorden bij een tegenstelling zijn
Slide 2 - Diapositive
Huiswerk
Slide 3 - Diapositive
Huiswerk
Slide 4 - Diapositive
Herhalen - Stappenplan Lezen van een tekst
Titel (vraag je af wat er in het artikel geschreven staat)
Tussenkopjes (mini-titels boven een of meer alinea's) Vraag jezelf weer af wat er in de alinea's geschreven zou kunnen worden
Andersgedruktewoordenbekijken.
Plaatjes of afbeeldingen bekijken.
Stel jezelf de vraag: "Waar gaat deze tekst over?" (onderwerp!) en lees de 1e en laatste zin van de 1e en laatste alinea
Slide 5 - Diapositive
Aan de slag
Ik doe nog eens voor hoe het stappenplan Lezen toegepast kan worden op tekst 6 (p. 99)
Lees mee!
Gezamenlijk maken: opdracht 7
Zelfstandig maken: opdracht 8 en 9 (p. 100)
Slide 6 - Diapositive
Herhaling- signaalwoorden
Slide 7 - Diapositive
vb. signaalwoorden opsomming
Morgen is het mooi zomers weer. De zon begint al vroeg te schijnen. Ook loopt de temperatuur al snel op. Bovendienblijft het vrijwel windstil.
Slide 8 - Diapositive
Signaalwoorden tegenstelling
Er zijn ook signaalwoorden die een tegenstelling aangeven. Bij een tegenstelling kloppen twee woorden of zinnen niet met elkaar of betekenen ze het tegenovergestelde.
Voorbeeld:
De weerman voorspelde mooi weer, maar het regende pijpenstelen.