HERHALING VOOR SO Metriek stelsel + oefeningen

metriek stelsel herhaling
1 cm   =   10 mm
1 / 53
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1,2

Cette leçon contient 53 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

metriek stelsel herhaling
1 cm   =   10 mm

Slide 1 - Diapositive

Onderdelen op de SO + voorbeelden
  • Lengte 
  • Oppervlakte
  • Volume
  • Volume m3 - L
  • Overige eenheden
  • Dubbele Eenheden
25 cm = ..... m



0,084 kA = ....... A
43 kg/m2 = ...... g/cm2

12m2=.....mm2
20m3=.....dm3
0,02m3=.....L

Slide 2 - Diapositive

Lengte

Slide 3 - Diapositive

25 cm = ....... m

Slide 4 - Diapositive

25 cm = 0,25 m

Slide 5 - Diapositive

0,32 dam = ....... mm

Slide 6 - Diapositive

0,32 dam = 3200 mm

Slide 7 - Diapositive

12m2=.....mm2

Slide 8 - Diapositive

12m2=12000000mm2

Slide 9 - Diapositive

0,4cm2=.....m2

Slide 10 - Diapositive

0,4cm2=4000m2

Slide 11 - Diapositive

Eenheden inhoud

Slide 12 - Diapositive

20m3=.....dm3

Slide 13 - Diapositive

20m3=20000dm3

Slide 14 - Diapositive

4330mm3=.....dm3

Slide 15 - Diapositive

4330mm3=0,00433dm3

Slide 16 - Diapositive

Eenheden oppervlakte

Slide 17 - Diapositive

Eenheden Liters/volume

Slide 18 - Diapositive

0,02m3=.....L

Slide 19 - Diapositive

0,02m3=20L

Slide 20 - Diapositive

17L=....cm3

Slide 21 - Diapositive

17L=17000cm3

Slide 22 - Diapositive

Eenheden algemeen

Slide 23 - Diapositive

0,084 kA = ....... A

Slide 24 - Diapositive

0,084 kA = 84 A

Slide 25 - Diapositive

0,033 dN = 0,00033 daN

Slide 26 - Diapositive

Dubbele eenheden

Slide 27 - Diapositive

43 kg/m2 = ...... g/cm2

Slide 28 - Diapositive

43 kg/m2 = 4,3 g/cm2

Slide 29 - Diapositive

0,02 g/mL = ...... dg/cL

Slide 30 - Diapositive

0,02 g/mL = 2 dg/cL

Slide 31 - Diapositive

In de volgende slides zie je oefenvragen zoals die op de echte SO

Slide 32 - Diapositive

0,033 dN = ....... daN

Slide 33 - Diapositive

Vul in wat er op de plaats van het ?-teken moet komen:

mm - …..m - ….m - …..m - …?..m - …..m - km
A
Hectometer
B
Meter
C
Dacameter
D
Decimeter

Slide 34 - Quiz

—>
mm - cm - dm - m - dam - hm - km
<—

Om 1 stap naar rechts te gaan moet je:
A
X 10
B
/ 10

Slide 35 - Quiz

Reken om:

392 hm = ……..dm
A
392000
B
39200
C
3,92
D
0,392

Slide 36 - Quiz

Reken om:

127,4cm = ……..km
A
12.740.000
B
1.274.000
C
0,01274
D
0,001274

Slide 37 - Quiz

Reken om:

68,2g = ………….mg

Slide 38 - Question ouverte

Reken om:

8,0cL = ……..L

Slide 39 - Question ouverte

Reken om:

33mL = ……..daL

Slide 40 - Question ouverte

Reken om:

120m2 = ……….cm2

Slide 41 - Question ouverte

Reken om:

6.571 dm3 = ……….hm3

Slide 42 - Question ouverte

Wat is juist?

1L = 1 ………
A
mm3
B
cm3
C
dm3
D
m3

Slide 43 - Quiz

Reken om:

310,5dg = ………….hg

Slide 44 - Question ouverte

Reken om:

1821,6L = ………. dm3

Slide 45 - Question ouverte

Reken om:

0,072 kL = ………. dm3

Slide 46 - Question ouverte

Reken om:

450mL = ………. m3

Slide 47 - Question ouverte

Reken om:

25cL = ………. cm3

Slide 48 - Question ouverte

Welke letter moet er op de plaats van het ?-teken komen:

mA - cA - dA - A - daA - …?..A - kA

Slide 49 - Question ouverte

Reken om:

5,8 kohm = ………….. ohm
A
58
B
580
C
5800
D
58000

Slide 50 - Quiz

Reken om:

941 mV = ……………V

Slide 51 - Question ouverte

Reken om:

60 km/h = ………..dam/minuut

Slide 52 - Question ouverte

Reken om:

73 N/mm = ………..mN/dm

Slide 53 - Question ouverte