Hoofdstuk 1 taalverzorging grammatica

Nederlands
Taalverzorging
grammatica
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 2

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Nederlands
Taalverzorging
grammatica

Slide 1 - Diapositive

Wat leren we vandaag?
We leren over samengestelde zinnen.

We oefenen met spelling

Slide 2 - Diapositive

Startopdracht

Slide 3 - Diapositive

Samengestelde zinnen
In teksten kunnen losse en samengestelde zinnen staan. De zinnen zijn dan aan elkaar geplakt. Een samengestelde zin heeft twee persoonsvormen.

Slide 4 - Diapositive

losse zinnen
Marloes neemt drinken mee.
Levi zorgt voor de broodjes.

Ik maak mijn huiswerk. Ik luister naar Spotify.

Mijn fietsband is lek. Ik loop naar huis.
samengestelde zinnen
Marloes neemt drinken mee en Levi zorgt voor de broodjes.

Ik maak mijn huiswerk, terwijl ik naar Spotify luister.

Omdat mijn fietsband lek is, loop ik naar huis.

Slide 5 - Diapositive

In een samengestelde zin staat ook een voegwoord.

Slide 6 - Diapositive

Een voegwoord?
Een voegwoord is een woord waarmee je de zinnen aan elkaar plakt.

Slide 7 - Diapositive

en
terwijl
omdat
zodat

want
maar
of
dus

Slide 8 - Diapositive

Even oefenen..

Slide 9 - Diapositive

Maak een zin met het voegwoord want.

Slide 10 - Question ouverte

Maak een zin met het voegwoord terwijl.

Slide 11 - Question ouverte

Maak een zin met het voegwoord
als.

Slide 12 - Question ouverte

Hij heeft snoep uitgedeeld.
A
Enkelvoudige zin
B
Samengestelde zin

Slide 13 - Quiz

Oefenen met de werkwoorden
Maak het stencil. Gebruik blz. 231 van je boek!

Slide 14 - Diapositive

Is onderstaande zin een samengestelde zin?

Toen de bliksem insloeg in ons huis, viel direct de elektriciteit uit.
A
Wel een samengestelde zin
B
Geen samengestelde zin.

Slide 15 - Quiz

Is onderstaande zin een samengestelde zin?

Het noodweer zorgde voor ondergelopen straten in de hele stad.
A
Wel een samengestelde zin
B
Geen samengestelde zin.

Slide 16 - Quiz

"De kabel hangt boven het station van Kanpur."

Is dit een enkelvoudige of samengestelde zin
A
enkelvoudige zin
B
samengestelde zin

Slide 17 - Quiz

Is onderstaande zin een enkelvoudige of samengestelde zin?

Anne vindt die jurk mooi, maar Leontien vindt hem afschuwelijk.
A
samengestelde zin
B
enkelvoudige zin

Slide 18 - Quiz