WI 2V - H2 - LHE

WI 2V - H2 - LHE
1 / 44
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 44 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

WI 2V - H2 - LHE

Slide 1 - Diapositive

H2 - Afstand en oppervlakte

Slide 2 - Diapositive

Voorkennis - Cirkels en lijnen

Slide 3 - Diapositive

Voorkennis - Cirkels en lijnen
Wat is een cirkel?

Slide 4 - Diapositive

Voorkennis - Cirkels en lijnen
Het punt in het midden van de 
cirkel is het middelpunt

"Elk punt op de cirkel ligt even ver
van het middelpunt"

Slide 5 - Diapositive

Voorkennis - Cirkels en lijnen
straal: de afstand van het 
middelpunt naar een punt 
op de cirkel

Slide 6 - Diapositive

Voorkennis - Cirkels en lijnen
diameter: diameter loopt van 
de ene naar de andere kant
van de cirkel.

Diameter is altijd 2x zo
lang als de straal!

Slide 7 - Diapositive

Voorkennis - Coördinaten
Je moet ook weer met 
coördinaten kunnen werken.


Hoe noteer je coördinaten?

Wat zijn de coördinaten van
het middelpunt (M) en punt A?

Slide 8 - Diapositive

Zelfwerkzaamheid - H2
Maken:

H2 Voorkennis


Slide 9 - Diapositive

§2.1 - Afstanden

Slide 10 - Diapositive

§2.1A - Cirkels en afstanden
Alle punten op een cirkel liggen op dezelfde afstand (straal) van het middelpunt.


Stel je hebt een cirkel met middelpunt M 
en een straal van 2 cm


 

Slide 11 - Diapositive

§2.1A - Cirkels en afstanden
Stel je hebt een cirkel met middelpunt M 
en een straal van 2 cm


Notatie: ⊙(M, 2cm)
 

Slide 12 - Diapositive

§2.1A - Cirkels en afstanden
Binnen - en buitengebied

⊙(M, 15cm)              Straal = 15 cm

Alle punten P waarvoor geldt PM = 15 cm



Slide 13 - Diapositive

§2.1A - Cirkels en afstanden
Binnen - en buitengebied

⊙(M, 15cm)              Straal = 15 cm

Alle punten P waarvoor geldt PM = 15 cm
Alle punten P waarvoor geldt PM < 15 cm (binnengebied)


Slide 14 - Diapositive

§2.1A - Cirkels en afstanden
Binnen - en buitengebied

⊙(M, 15cm)              Straal = 15 cm

Alle punten P waarvoor geldt PM = 15 cm
Alle punten P waarvoor geldt PM < 15 cm
Alle punten P waarvoor geldt PM > 15 cm (buitengebied)

Slide 15 - Diapositive

Zelfwerkzaamheid - H2
Maken:

Voorkennis
2.1A

tot 13:30



Slide 16 - Diapositive

§2.1B - Lijnen en afstanden
Stel, ik heb een punt R en een lijn l

Wat is de kortst mogelijke afstand van dit punt tot de lijn?

Slide 17 - Diapositive

§2.1B - Lijnen en afstanden
Afspraak: 

de afstand tussen een punt en een lijn = de lengte van het kortst mogelijke verbindingsstuk 


Slide 18 - Diapositive

§2.1B - Lijnen en afstanden
Het verbindingsstuk raakt de lijn in de loodrechte projectie

Voor de notatie gebruiken we een  '  (accent)

Slide 19 - Diapositive

§2.1B - Lijnen en afstanden
Stel ik heb een punt P en een lijn k

We tekenen de loodrechte projectie P'

Slide 20 - Diapositive

§2.1B - Lijnen en afstanden
Notatie:

afstand tussen punt P en lijn k:          d(P,k)
afstand tussen punt P en P':                d(P,P')

Slide 21 - Diapositive

§2.1B - Lijnen en afstanden
Notatie:

afstand tussen punt P en lijn k:          d(P,k)
afstand tussen punt P en P':                d(P,P')

En deze zijn even lang: dus          d(P,k) = d(P,P')

Slide 22 - Diapositive

§2.1B - Lijnen en afstanden
Stel wij hebben een lijn k met een punt P. 

P ligt op 10 cm van lijn k     d(P,k) = 10 cm

Wat zijn alle mogelijke plekken voor P?




Slide 23 - Diapositive

§2.1B - Lijnen en afstanden
Hier vormen twee evenwijdige lijnen.


Nu heb je in totaal drie lijnen, die ook een buitengebied en binnengebied kunnen vormen.





Slide 24 - Diapositive

Zelfwerkzaamheid - H2
Maken:

2.1B


Slide 25 - Diapositive

§2.2A - Middelloodlijn en afstanden
Stel, er zijn twee dorpjes:   

Oostveen en Westdam
Ik sta op een onbekende plek. Ik ben even ver van Oostveen als van Westdam. Waar sta ik?


Slide 26 - Diapositive

§2.2A - Middelloodlijn en afstanden
Er zijn veel mogelijkheden waarbij ik even ver verwijderd ben van beide punten. Al deze punten vormen de middelloodlijn.


Slide 27 - Diapositive

§2.2A - Middelloodlijn en afstanden
Middelloodlijn:  Ik heb een voorbeeld lijnstuk AB


Slide 28 - Diapositive

§2.2A - Middelloodlijn en afstanden
Middelloodlijn:  Ik heb een voorbeeld lijnstuk AB

1. De middelloodlijn gaat door het midden van het lijnstuk AB.
2. De middelloodlijn staat loodrecht op dit lijnstuk.

Hieruit volgt dat elk punt op de middelloodlijn evenver ligt van A als B

Slide 29 - Diapositive

§2.2A - Middelloodlijn en afstanden
Zelf oefenen: Middelloodlijn tekenen


1. Teken een verbindingsstuk tussen twee punten
2. Zoek het midden van de lijn met je geodriehoek (markeer dit punt met potlood)
3. Teken vervolgens een lijn loodrecht op het verbindingsstuk, door je punt heen

Slide 30 - Diapositive

Zelfwerkzaamheid - H2
Maken:

2.1B
2.2A


(maandag af)


Slide 31 - Diapositive

We gaan construeren

Slide 32 - Diapositive

§2.2B - Middelloodlijnen in een driehoek

Slide 33 - Diapositive

Zelfwerkzaamheid - H2
Maken:

2.2A
2.2B





Slide 34 - Diapositive

§2.2C - Omgeschreven cirkel van een driehoek

Slide 35 - Diapositive

Zelfwerkzaamheid - H2
Maken:

2.2B
2.2C



Slide 36 - Diapositive

§2.3A - Bissectrice
  • Wat is een bissectrice
  • Hoe teken je een bissectrice
  • Hoe construeer je een bissectrice

Slide 37 - Diapositive

§2.3A - Bissectrice
  • Wat is een bissectrice
  • Hoe teken je een bissectrice
  • Hoe construeer je een bissectrice

Slide 38 - Diapositive

§2.3A - Bissectrice
  • Wat is een bissectrice
  • Hoe teken je een bissectrice
  • Hoe construeer je een bissectrice

Slide 39 - Diapositive

Zelfwerkzaamheid - H2
Maken:

2.3A

31 en 36 mag je 
overslaan



Slide 40 - Diapositive

§2.3B - Ingeschreven cirkel

1. Teken een willekeurige driehoek     △ABC      in je schrift
2. Teken of construeer de bissectrices, vanuit minimaal twee hoeken




Slide 41 - Diapositive

§2.3B - Ingeschreven cirkel
ingeschreven cirkel: 
In een driehoek snijden de bissectrices 
elkaar in M.




Slide 42 - Diapositive

§2.3B - Ingeschreven cirkel
ingeschreven cirkel: 
In een driehoek snijden de bissectrices 
elkaar in M.

Voor punt M geldt:
  • d(M,A) = d(M,B) = d(M,C)
  • Vanuit M teken je een ingeschreven cirkel
die alle zijdes raakt.


Slide 43 - Diapositive

Zelfwerkzaamheid - H2
Maken:

2.3A
2.3B

31 en 36 mag je 
overslaan



Slide 44 - Diapositive