4.1 Het ontstaan van steden

4.1 Het ontstaan van steden
Leerdoelen: aan het einde van de paragraaf 
  • kun je uitleggen hoe steden ontstonden
  • weet je hoe de economie zich ontwikkelde via handel en ambacht
 

1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

4.1 Het ontstaan van steden
Leerdoelen: aan het einde van de paragraaf 
  • kun je uitleggen hoe steden ontstonden
  • weet je hoe de economie zich ontwikkelde via handel en ambacht
 

Slide 1 - Diapositive

Stad en platteland
  • Lees leerstof stad en platteland op blz. 120
  • Schrijf de begrippen met betekenis in je schrift 

Slide 2 - Diapositive

Waardoor was het mogelijk dat de bevolking verdubbelde in Europa tussen 1000 en 1300?

Slide 3 - Question ouverte

Noem 2 oorzaken waardoor boeren meer voedsel konden produceren.

Slide 4 - Question ouverte

Markt
Vraag
Aanbod
Alles wat mensen willen kopen
Alles wat iemand wil verkopen
Plaats waar mensen handelen

Slide 5 - Question de remorquage

Leg uit hoe marktplaatsen konden uitgroeien tot steden?

Slide 6 - Question ouverte

De eerste stadsbewoners
  • Lees leerstof de eerste stadsbewoners op blz. 121
  • Schrijf de begrippen met betekenis in je schrift

Slide 7 - Diapositive

Ambachtslieden
Handelaren
Tijd van steden en staten
Markt
mensen die producten maken met hun handen en gereedschap
Duurde van 1000 tot 1500
Mensen die spullen kopen en vervolgens verkopen
plek waar mensen producten kopen en verkopen

Slide 8 - Question de remorquage

Zet de zinnen in de juiste volgorde
Boeren en ambachtslieden hadden producten over.
Handelaren kochten deze producten op om met winst te verkopen.
Handelaren reisden met deze producten naar kruispunten van wegen en rivieren, of kastelen en kloosters.
Op die plaatsen kwamen veel mensen samen om spullen te kopen en verkopen.
Zo ontstonden markten en nieuwe steden.

Slide 9 - Question de remorquage

Huiswerk
par. 4.1
  • Maken opdracht 1-5

Zorg dat de begrippen met betekenis in je schrift staan!

Slide 10 - Diapositive